Context(Bouw)historie en liggingHet voormalig recreatiehuisje/badhuisje met zwemvijver en sportveld is gelegen aan de Peter de Gorterstraat ten zuiden van de oude weg van ’s-Hertogenbosch naar Grave, nu de rijksweg A59 en ten westen van Maliskamp in een gebied wat bekend stond onder de naam “Zandbergen”. Maliskamp maakte, voor de herindeling in 1996, onderdeel uit van de gemeente Rosmalen. Maliskamp bestond tot omstreeks 1930 uit een beperkt aantal huizen. Met het bouwen van de H. Bernadettekerk in 1937 werd de eerste aanzet tot verdere uitbreiding van de bebouwing gegeven, waarna Maliskamp uitgroeide tot zijn huidige omvang.Ten zuiden van Maliskamp ligt landgoed Coudewater, wat zijn oorsprong kent in de 15de eeuw. Van 1870 tot 2018 is psychiatrisch ziekenhuis Coudewater gevestigd op het landgoed. In de negentiende eeuw wordt de psychiatrie, toentertijd krankzinnigenzorg genoemd, hervormd. Onder invloed van het gedachtengoed van de verlichting kwam verandering in de behandelingswijze. Er werd een meer menslievende behandeling gepropageerd, waarbij de patiënt zijn zelfcontrole terug moest krijgen. Het was belangrijk dat de patiënten uit hun omgeving werden gehaald en in een gesticht werden geplaatst. Deze gestichten zouden idealiter niet in de stad moeten liggen maar op het platteland. De natuur werd geacht heilzaam te zijn. Psychiatrische inrichting Coudewater is voortgekomen uit Reinier van Arkel in 's-Hertogenbosch, de oudste psychiatrische instelling in Nederland. De instelling werd in 1442 opgericht. In de tweede helft van de 19de eeuw nam het aantal patiënten explosief toe (van 183 in 1850 tot 616 in 1870) en had het instituut in de binnenstad van 's-Hertogenbosch onvoldoende ruimte om de grote hoeveelheid patiënten op een goede manier op te kunnen vangen. Twee artsen van Reinier van Arkel (E. van den Bogaert en L. Pompe) richten eerst 'de Maatschappij tot Verpleging van Krankzinnigen op het land' op, daarna kopen ze het landgoed Coudewater. De inrichting was nagenoeg zelfvoorzienend. Er werden groenten en fruit geteeld, er was vee, een bakkerij, wasserij en een technische dienst. Er kwamen ook werkplaatsen voor de patiënten waaronder een kleermakerij, schoenmakerij, mattenmakerij en timmerwinkel Geheel in lijn met de opvattingen van de (geestelijke) gezondheidszorg in de eerste helft van de 20ste eeuw werden er ook recreatiemogelijkheden voor patiënten gerealiseerd. Een zinnige dag invulling met een actieve therapie werd nagestreefd. Zwem- en sportvoorzieningen maakten onderdeel uit van deze nieuwe therapievorm. Voor de invulling van deze therapie werd, even ten zuiden van Maliskamp, in een bosstrook, een start gemaakt met de aanleg van een wandelpark. In dit park werd in 1936 gestart met het graven van een zwemvijver en de aanleg van een sportveld. De inrichting van het terrein werd ontworpen door tuin- en landschapsarchitect K.C. van Nes. Een jaar later, in 1937, volgde de bouw van een recreatiehuisje/badhuisje. Het bureau van architect D.J. Grutterink uit Apeldoorn leverde het ontwerp voor het bad- en recreatiegebouw. De vergunning is op 30 juli 1937 verleend door de toenmalige gemeente Rosmalen. In het gehele ontwerp van landschap en gebouw werd het huisje centraal tussen de zwemvijver en het sportveld geplaatst. Deze centrale positionering gaf vanuit het huisje aan de oostzijde zicht op de vijver en aan de westzijde op het sportveld. De L-vormige zwemvijver omarmt het huisje aan de zuidoostzijde en sluit hierop aan door een houten vlonder met balustrade. Aan de westzijde ligt het nagenoeg rechthoekig sportveld. De toegang tot het geheel wordt gevormd door een bospad wat zich vanaf de Peter de Gorterstraat in een L-vorm naar de entree van het huisje plooit. Archivalische bronnen geven ons een kijkje in het gebruik en het functioneren van het huisje, de zwemvijver en het sportveld. Zo werd in 1940 omschreven hoe het sportveld wordt gebruikt door patiënten onder leiding van een sportlerares. Er wordt korfbal gespeeld op het sportveld en bij slecht weer werd in het huisje aan reidansen en gymnastiek gedaan. Op 10 september van dat jaar was er een groot zwemfeest met o.a. gekostumeerd zwemmen en snelzwemmen met hindernissen. Het bestuur van Coudewater deelde de prijzen na afloop uit. Maar ook een herinnering uit 1938, vlak na de opening van het terrein, laat het belang van het terrein voor de behandeling van patiënten zien. In dat jaar startte voor 25 deelnemers het zwemonderwijs. De methode Kurt Wiessner werd gebruikt waarbij gezwommen werd zonder hengel. Deze methode bleek voor de zwemmers zeer geschikt te zijn. Patiënten die niet mochten zwemmen roeiden met de verpleegsters! Naast de functie als zwem- en sportvoorziening voor patiënten en medewerkers van Coudewater had het zwemwater ook een aantrekkingskracht op bewoners van het nabijgelegen Maliskamp. De voorziening was echter afgezet met een hek en viel binnen het terrein van Coudewater. Ongenode gasten konden zo het terrein niet op. Het gebruik als zwemvijver was ook zichtbaar door de aanwezigheid van een duikplank, die lange tijd langs de oever van de zwemvijver heeft gestaan. De reddingsbrigade Rosmalen heeft het badhuisje en de zwemvijver tot voor kort gebruikt. Het sportveld is o.a. in gebruik geweest door een hondenschool. Helaas werd het huisje in april 2022 geteisterd door brand. Grote delen ervan zijn verloren gegaan, zoals het rieten dak en het grootste deel van de interne structuur en constructie. Het metselwerk van de vier gevels is nog redelijk intact. D.J. GrutterinkArchitect Dirk Jan Grutterink (Apeldoorn 19 juni 1903) had zijn bureau vanaf 1932 tot het midden van de jaren vijftig aan de Arnhemseweg 101 in Apeldoorn. Grutterink is verantwoordelijk voor veel ontwerpen van vrijstaande woningen, met name in Apeldoorn en omgeving.K.C. van NesTuin- en landschapsarchitect Klaas Cornelis van Nes (Boskoop 23-04-1876, overleden te Almelo 20-08-1952) kwam uit een familie van boomkwekers. Van Nes kwam in 1907 aan het roer te staan van het familiebedrijf. Naast de kwekerij was van Nes geïnteresseerd in het maken van tuinontwerpen en was later ook actief als stedenbouwkundige. Zo ontwierp hij een groot aantal tuinen en landschappen voor particulieren en voor publieke voorzieningen waaronder voor krankzinnigen instellingen zoals in Apeldoorn, Heiloo en op Coudewater.BeschrijvingAlgemeen (hoofdvorm)Op het bosperceel staan de restanten van een voormalig bad- en recreatiehuisje. Het bestaat uit een rechthoekig volume (6 x 12 meter) van één bouwlaag.De restanten van het huisje staan in een centrale as tussen een zwemvijver en een sportveld wat met de positionering van de raampartijen in de aangrenzende gevels het zicht op beide functies garandeerde. Het ontwerp voor badhuisje werd gekenmerkt door een ingetogen karakter in een traditionele functionele baksteenarchitectuur stijl. De hoofdvorm bestaat uit een rechthoekig volume met twee puntgevels met aan de waterkant een houten vlonder met ijzeren balustrade. De restanten van de gevels zijn gemetseld in rode bakstenen spouwmuren in een halfsteens metselverband met terug liggende voegen boven een gemetselde plint van genuanceerde rood/paarse bakstenen met rollaag. In de gevels waren oorspronkelijk houten buitenkozijnen, met luiken geprojecteerd. De luiken waren voorzien van een rood-wit kleurige zandloper beschildering met een groen kleurige omranding. VoorgevelIn de naar het westen en op het sportveld georiënteerde voorgevel zit een viertal gevelopeningen. De hoofdentree zit centraal in de gevel met aan weerszijde een venster. Geheel links in de gevel een enkele deur die toegang gaf tot een toiletruimte. De gevel wordt aan beide uiteinden geleed door een hoekliseen met een bakstenen afzaat met onder de dakvoet een knelplank.Rechter kopgevel (zuidgevel)De naar het zuiden gerichte kopgevel bevat op de begane grond een reeks van zes gekoppelde deuren die toegang gaven tot een reeks afzonderlijke kleedruimtes. De oorspronkelijke deuren zijn vervangen door de nu nog aanwezige vlakke deuren.In de geveltop resteert de gevelopening van gevelluik met een V-vormige bovenzijde. De dakoverstek bestaat uit doorstekende afgeronde gordingen met daarop geschaafde en geploegde delen als dakbeschot met een boeilijst. Voor de gevel loopt een houten steiger die, vanaf het begin van het talud, voorzien is van een eenvoudige balustrade bestaande uit ronde stalen buizen. AchtergevelDe naar het oosten gerichte achtergevel is over de gehele lengte voorzien van een houten steiger met balustrade. In de gevel resteren gevelopeningen behorend bij een dubbele deur met aan weerszijde een bolkozijn. Geheel rechts in de gevel zit een later aangebrachte enkele deur. In de gevel zijn hier de bouwsporen nog herkenbaar van de houten aanbouw onder een lessenaarsdak die op de ontwerptekening van Grutterink zichtbaar is.De gevel wordt aan beide uiteinden geleed door een hoekliseen met een bakstenen afzaat met onder de dakvoet een knelplank. Linker kopgevel (noordgevel)De naar het noorden gerichte kopgevel bevat op de begane grond een drietal later aangebrachte deuren met aan weerszijde een klein venster. In de geveltop zit een tweetal kleine vensters. De huidige gevelindeling is secundair en hoort bij een verbouwing van de indeling en het verwijderen van de houten aanbouw.Bouwsporen in de gevel duiden de oorspronkelijke gevelindeling, zoals die op de ontwerptekening te zien is. De dakoverstek bestaat uit doorstekende afgeronde gordingen met daarop geschaafde en geploegde delen als dakbeschot met een boeilijst. Ruimtelijke indeling en constructiesDoor de brand zijn de gehele indeling en constructies, als ook het dak van het huisje, verloren gegaan. Alleen restanten van een grote schouw resteren nog in de noordgevel.Erf, bijgebouwen, diversenTen zuiden en oosten van het badhuisje wordt het gebouw omsloten door een houten vlonder op een houten draagconstructie die onderdeel uitmaakt van het ontwerp. De steiger met onderliggende constructie boven een talud vormt een bouwkundige overgang naar de zwemvijver. De in 1936 gegraven L-vormige vijver vormt een landschappelijk functioneel onderdeel van het badhuisje/recreatiehuis. Ook het aangrenzende sportveld maakt een functioneel onderdeel uit van de terreininrichting.Motivering voor plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst1. Stedenbouwkundige waardenDe restanten van het voormalig recreatiehuisje/badhuisje met zwemvijver en sportveld zijn gelegen aan de Peter de Gorterstraat ten zuiden van oude weg van ’s-Hertogenbosch naar Grave, nu de rijksweg A59 en ten westen van Maliskamp in een gebied wat bekend stond onder de naam “Zandbergen”. De restanten van het voormalige badhuisje/recreatiehuis, zwemvijver en sportveld hebben stedenbouwkundige waarde vanwege de relatie met landgoed Coudewater en het nabij gelegen Maliskamp. Het object vormt samen met de door K.C van Nes ontworpen zwemvijver en sportveld een interessant bebouwd accent in de bosstrook ten zuiden van Maliskamp. Ook de situering van het huisje tussen zwemvijver en sportveld vertegenwoordigt stedenbouwkundige waarden, in functioneel opzicht.2. Architectuurhistorische- en/of kunsthistorische waardenDe restanten van het in 1937 opgerichte object heeft architectuurhistorische waarde als voorbeeld in het interbellum van een ingetogen, in een traditionele functionele baksteenarchitectuur ontworpen, badhuisje/recreatiehuisje. De traditionele en eenduidige hoofdvorm met bakstenen gevels met verbijzonderingen op de gevelhoeken met omliggende steiger vormt een markant geheel.Het door architect Dirk Jan Grutterink ontworpen badhuisje is door zijn eenvoudige doch functionele architectuur samen met de zwemvijver en sportveld een karakteristiek geheel. 3. Cultuurhistorische- en contextuele waardenHet geheel van restanten van het badhuisje met zwemvijver en sportveld heeft hoge cultuurhistorische waarde als een bijzonder en markant voorbeeld van de historische ontwikkeling van psychiatrisch ziekenhuis Coudewater en de van belang geachte therapieën van voorzieningen.De Maatschappij tot Verpleging van Krankzinnigen op het land' werd einde 19de eeuw opgericht op voormalig landgoed Coudewater. Geheel in lijn met de opvattingen van de (geestelijke) gezondheidszorg in de eerste helft van de 20ste eeuw werden er ook recreatiemogelijkheden voor patiënten gerealiseerd. Zwem- en sportvoorzieningen maakten bij deze nieuwe therapievorm onderdeel uit. Hiervoor werd een zwemvijver, een recreatiehuisje en een sportveld opgericht. Het badhuisje met zwemvijver en sportveld markeert daarmee mede het sociale aspect van Coudewater maar was ook in bredere context van betekenis als markante verblijfplek voor omwonenden van Maliskamp. De restanten van het badhuisje vormen samen met de steiger, zwemvijver en sportveld een belangrijk relict en onderdeel van het verhaal van psychiatrisch ziekenhuis Coudewater en hebben hierdoor hoge cultuurhistorische waarden. 4. Zeldzaamheid en authenticiteitDe restanten van het architectonisch ingetogen en oorspronkelijk zorgvuldig ontworpen badhuisje/recreatiehuisje met steiger, zwemvijver en sportveld kent een bijzondere zeldzaamheidswaarde binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch en is uniek in zijn soort. |
| Bronnen | |
| • | Archief Erfgoed ’s-Hertogenbosch |
| • | Coudewater, korte historie J.W.M. Jongmans |
| • | CODA Apeldoorn |
| • | Heemkundekring Rosmalen |
| • | Delpher |
| • | Bonas |
Gemeente 's-Hertogenbosch