1601 januari 12

Petrus Pelgrom en Willelmus de Delft, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat heer Reynerus Colve, priester en kanunnik van de Sint-Jan aan heer en magister Balthazar de Bont, priester en kanunnik van dezelfde kerk, zegelbewaarder van de bisschop van Den Bosch, als executeur van het testament van wijlen heer en magister Symon Verrepeus van Dommelen, priester en kanunnik van de Sint-Jan, ten gunste van een van de twee beurzen die de erflater in zijn testament gesticht heeft, namelijk die beurs welke hij gesticht heeft ten gunste van de nakomelingen van Yda Werrepe, zijn zus, en als dat nageslacht ontbreekt, geheel volgens de inhoud van dat testament, een erfcijns van 12½ carolusgulden, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op het feest van de Besnijdenis van de Heer in 1602, uit een huis, erf, poort, hof en achterhuis met zijn rechten en afhankelijke goederen naast de Hynthamerstraat op een zekere plaats die gaat naar het woonhuis van de vader en biechtvader van de Zusters van Orthen tussen het erfgoed van dit huis en convent aan een zijde en de Diese en het erfgoed van wijlen heer en magister Cornelius Eymbertssen, nu echter van Johannes de Campen aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf die openbare plaats tot aan het huis en erfgoed van de Onze Lieve Broederschap. Dit huis en erfgoed is belast met:

1. een grondcijns van 4 stuivers en 2 obels aan de hertog,
2. een erfcijns van 12 gulden aan Godefridus Goyaertssen vander Donck.

De verkoop heeft plaatsgevonden dat de verkoper deze cijns altijd kan terugkopen met een bedrag ineens van 200 carolusgulden, de cijns van het jaar van terugkoop en de eventuele achterstallige bedragen, behoudens echter dat de verkoper deze terugkoop een half jaar tevoren moet aankondigen.

1601 januari 12

1. Dominus Reynerus Colve, presbiter et canonicus ecclesie sancti Johannis ... leg. et her.
2. vendidit domino et magistro Balthasari de Bont, presbytero et canonico eiusdem ecclesie, sigilliferque Episcopatus Buscoducensis, tamquam executori testamenti ... quondam
3. domini et magistri Symonis Verrepei Dommelenses, presbyteri et eiusdem ecclesie sancti Joahnnis in Buscoducis canonici ... coram magistro Johanne Hoogarts Kelders, tamquam notario
4. ... ad opus unius duarum bursarum per dictum ... testatorem ... in suo testamento fundatarum, scilicet ad opus illius burse dictarum duarum bursarium
5. quam idem ... testator fundavit ad opus posteritatis Yde Werrepe, sue sororis, et illa posteritate deficiente, ulterius omnino iuxta tenorem dicti testamenti a. et h.
6. c. 12½ carolus gulden ...
7. et pro primo solutionis termino ad festum Circumscisionis Domini Nostri Anno Domini
8. millesimo sexcentesimo secundo ...
9. ex domo, area, porta, orto et
10. domo posteriori cum suis luribus et attinentijs ... iuxta vicum Hinthamensem in quadam plaetsa qua itur versum domum habitacionis patris et
11. confessoris domus sororum de Orten inter her. eiusdem domus seu conventus e.u.l. et ... die Diese ... et her. quondam domini et
12. magistri Cornelij Eymbertssen, nunc veri Johannis de Campen e.a.l., tendendum a dicta communa plaetssa ad domum seu her. confraternitatis B.M.V. in ecclesia
13. ... Johannis ...
16. deponet omnino. Exceptis censu fundi 4 stuferorum et
17. duorum obulorum domino nostri Duci et h.c. Godefrido Goyaertssen vander Donck
19. Tali conditione annexa quod dictus venditor dictum censum ... redimere poterit peerpetue simul et semel
20. cum ... 200 carolus gulden ...
21. et cum censu anni redemptionis et arrestadijs ...
22. Salvo quod dictus venditor huiusmodi redemptionem per medium annum leg. preintimabit. Testes ... scabini
23. in Buscoducis Petrus Pelgrom et Willelmus de Delft. Datum 12 jan. 1601

1601 februari 5

Arnoldus de Broegel en Henricus de Hoorenbeeck, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Petrus, zoon van wijlen Godefridus Peterssen, en Arnoldus, zoon van wijlen Arnoldus Marcelissen, aan Margareta, weduwe van Lambertus Boogaert, verkocht hadden een erfcijns van 5 carolusgulden uit:

1. 1½ morgen grond van Petrus in de parochie Littoyen in een zekere kamp Den Breeden Twaenen tussen het erfgoed van de erfgenamen van wijlen Henricus de Daventria aan een zijde en het erfgoed van Henricus Goyaertssen aan de andere zijde,
2. een huis en erf van Arnoldus in de Orthenstraat naast de uiterste poort tussen de stadsmuur aan een zijde en het erfgoed van Henricus Arntssen aan de andere zijde, zich met de voorkant uitstrekkend tot aan die straat.

Theodericus de Tulden, wettige weduwnaar van Anna, dochter van wijlen Jacobus de Arkel en van Lamberta, diens vrouw, dochter van wijlen Franciscus Boogart, zoon van wijlen Lambertus Boogart, is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft aan Petrus de Hees ten gunste van magister Henricus, zijn zoon en van Anna, die cijns van 5 gulden overgedragen, ter ondersteuning van de toekomstige kerkelijke status van magister Henricus, welke cijns de stad Den Bosch op zich genomen had te betalen omdat de grond van dat huis naast de poort in de versterking van de stad was opgenomen.

1601 februari 5

1. Notum sit universis quod cum Petrus filius quondam Godefridi Peterssoen et Arnoldus filius quondam
2. Arnoldi Marcelissoen her. vendidissent Margarete relicte ... Lamberti Boogaert a.
3. et h.c. 5 ... carolus gulden ...
5. ex 1½ iugeribus terre
6. vel circiter dicti Petri ... in parochia de Littoyen in quodam campo ... Den Breeden Twaenen
7. inter her. heredum quondam Henrici de Daventria e.u. et inter her. Henrici Giyaertssoen
8. e.a.l. Item ... ex domo area et orti dicti Arnoldi ... in vico
9. Ortensi iuxta extremam portam ibidem. Inter murum dicti oppidi e.u.l et inter
10. her. Henrici Arntssoen e.a.l. tendendum cum fine anteriori ad vicum predictum ...
13. Constitutus igitur coram scabinis infrascriptis Gerardus
14. filius Theoderici de Tulden relictus legitimus Anne ... filie quondam Jacobi de
15. Arkel ... et Lamberte, sue uxoris, filie quondam Francisci Boogart, filij dicti quondam
16. Lamberti Boogart dictum a. et h.c. 5 florenorurn quem oppidum
17. de Buscoducis in se sumpsit solvendum et annuatim solvere tenebitur ... Johannis quod fundus
18. dictus domus aree et orti in Buscoducis iuxta dictam extremam portam ... incorporatus
19. est in fortifationis valli ... muniminis oppidi predicti ibidem ut dictus Gerardus de
20. Tulden dicebat ... leg. et her. supportavit Petro de Hees ad opus magistri Henrici sui
21. et dicte quondam Anne filij in suppletionis subsidij status ecclesiastici futuri eiusdem magistri Henrici
27. ... Testes ... scabini in Buscoducis
28. Arnoldus de Broegel et Henricus de Hoorenbeeck. Datum 5 februari
29. 1601.

1602 oktober 31

Henricus de Broeckhoven en Theodericus de Vechel, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Maria, dochter van wijlen Adrianus de Berckel, zoon van wijlen Johannes de Berckel, wandsnijder, en Godefridus, zoon van Johannes de Weir, als wettige echtgenoot van Johanna, dochter van wijlen Adrianus, aan Maria, weduwe van Johannes, zoon van wijlen Arnoldus de Helmont, schout in Heeswijck, had overgedragen een cijns van 28 carolusgulden uit:

1. een zekere hoeve in de parochie Hezewijck, in de volksmond genoemd De Verdonck, namelijk een huis, erf, bakhuis, schuur, hof, akkers, weiden, houtgewas, en alle overige rechten en afhankelijke goederen van die hoeve,
2. een zekere windmolen in de parochie Schijndel, het recht om weerbare mannen op te roepen, (ius militionis) en andere rechten en afhankelijke goederen,
3. een huis, erf en hof die er aan beide zijden aan grenzen, 1 mudzaat land, op de plaats gewoonlijk genoemd Delscot opte Voert, aan beide zijden grenzend aan de gemene gronden in Schijndel,
4. een zekere watermolen, in de parochie Berlikem op de plaats gewoonlijk genoemd Middelroy, het recht en alle andere rechten en afhankelijke goederen van die molen,

welke cijns Arnoldus de Helmont, krachtens een akte van machtiging van Maximiliaan, graaf van Oost-Friesland, Heer van Durby, Heeswijck, Schijndel, Berlikem, aan Adrianus de Berckel verkocht had op 22 april 1581.

1602 oktober 31

Archief van de Sint-Jan in Den Bosch

1. Maria, filia quondam Adriani de Berckel, filii quondam Johannis de Berckel pannicide, et Godefridus, filius
2. Johannis de Weir, tanquam maritus et tutor legitimus Johanne sue uxoris, filie quondam Adriani de Berckel predicti,
3. cum tutore dicte Marie ad hoc ab ea electo et ei a judice rite dato, annuum et hereditarium censum viginti
4. octo florenorum, carolusgulden communiter vocatorum, viginti denanios stuvers communiter vocatos, vel valorem eorundem
5. in alia bona pecunia pro quolibet huiusmodi florenorum computandum, solvendum annue quolibet hereditarie in festo
6. beati Georgii militis et martinis, et in Buscoducis libere tradendum et deliberandum de et ex quodam
7. manso terre, sito in parochia de Hezewijck, vulganiter appellato De Verdonck, videlicet domo, area, pistrino,
8. horreo, domuncula dicta "scoppe", orto, tennis, pascuis, ligni crescentibus, cetenisque juribus et attinentiis ubicum-
9. que locorum consistentibus, sitis aut reperiendis, insuper de quodam molendino venti, sito in parochia de
10. Schijndel, jure militionis ac allis juribus et attinentiis, et adhuc de et ex domo, area et orto,
11. sibi mutuo coadjacentibus, maldratam terre vel circiter pariter conti nentibus, sitis in dicta parochia ad locum communiter Delscot opte Voert, undique
12. in communitate de Scijndel adjacentibus, insuper de et ex quodam molendino aquatili, sito in parochia de Berlikem, ad
13. locum communiter appellatum Middelroy, jure militionis, aliisque suis juribus et attinentiis
14. ad dictum molendinum spectantibus, quem censum predictum Arnoldus de Helmont, schultetus in
15. Heeswijck, tanquam potens vigore procurationis literarum comitis Maximiliani Orientalis Phrisie,
16. domini de Duorby, Dinther, Heeswijck, Schijndel, Berlikem, etc. hereditarie vendiderat dicto Adriano
17. de Berckel, prout in litenis scabinorum de Buscoducis, super hoc confectis, plenius continetur,
18. quarum data continet vicesima secunda die mensis aprilis, anno Domini millesimo quingentesimo
19. octuagesimo primo, legitime et hereditarie supportaverunt Marie, relicte quondam Johannis,
20. filii quondam predicti Arnoldi de Helmont, simul cum dictis literis et cum toto jure sibi in
21. dictis literis ac contentis in eisdem quovismodo competente, et cum omnibus et singulis arrestadiis
22. de dicto censu cessis et insolutis, ut dicebant. Et effestucando resignaverunt
23. modo in talibus consueto, promittentes dicti supportantes cum tutore Marie predicte, ut
24. debitores principales super se et bona sua omnia, ab eis ad presens habita ac imposterum
25. ab eis habenda et acquirenda, quod ipsi huiusmodi supportationem et resignationem ratas et firmas
26. perpetue, sine aliqua contradictione, observabunt, et quod ipsi omnes obligationem et impetitionem,
27. ex parte eorum in dicto censu existentes, prefate Marie deponent omnino, excepta tamen et venditorum
28. census predicti reservata sua potestate, dictum censum redimendum juxta continentia literarum redemptorialium
29. desuper confectarum. Testes interfuerunt scabini in Buscoducis Henricus de Broeckhoven et
30. Theodoricus de Vechel. Datum ultima die mensis octobris, anno Domini millesimo sexcentesimo secundo.

1603 mei 28

Godefridus de Vlierden en Everardus de Borchgreve, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Petrus, zoon van wijlen Johannes Mathie de Gorichem, daartoe gemachtigd door Petra, zijn zus, aan Maria, dochter van wijlen Reynerus vander Meer, overgedragen heeft een erfpacht van 1 mud rogge uit een erfpacht van 2 mud rogge in de helft van een erfpacht van 8 mud rogge uit de goederen Ten Cuylen in de parochie Ryxtell en uit alle afhankelijkheden van die goederen, welke erfpacht van 1 mud rogge Judocus, zoon van wijlen Johannes de Nulandt, zoon van wijlen Henricus Joosten de Nulant, als erfgenaam van wijlen Catharina, wettige vrouw van wijlen Godefridus de Zassenvelt, zoon van wijlen Theodericus, aan Johannes Lienensoen de Nuenen overgedragen had en welke mud rogge vervolgens Johannes Mathie en Maria geërfd hadden en later bij een verdeling van hun goederen aan Petrus was afgestaan.

1603 mei 28

1. Petrus filius quondam Johannis Mathie de Gorichem tamquam potens ad infrascripta vigore certarum litterarum procuratoria-
2. lium ...
3. vigore potestatis ipsi Petro in dictis litteris a Petra sua sorore filia dicti quondam Johannis Matthie de Gorichem ...
4. et ex parte dicte Petre unurn modium siliginis ... a.
5. et h.p. de duobus modijs siliginis in medietate a. et h.p. 8 modiorum sil. ...
7. ex bonis ... Ten Cuylen ... in parochia de Ryxtell atque et attinentijs eorundem bonorum ... universis
8. ... quem unum modium siliginis h.p. predicte Iudocus filius quondam
9. Johannis de Nulandt filij quondam Henrici Joosten de Nulant tamquam heres quondam Catharine uxoris legitime quondam Godefridi
10. ... de Zassenvelt filij quondam Theoderici her. supportaverat Johanni Linensoen de Nuenen ...
11. prima die ... septembris ...
12. 1561 et qui unius modius ... deinde successive iure succ. ad
13. dictum quondam Johannem Matthie de Gorichem et Mariam filiam quondam Petri Reynerssoen legittimam uxorem dicti quondam
14. Johannes Matthie devolutus est ut dicebat et dehinc mediante quadam divisione her. de bonis dictorum quondam Johannis et
15. Marie coniugum facte dicte Petre in partem cesserat ...
16. 12 januarij 1589
17. leg. et her. supportavit Marie filie quondam Reyneri vander Meer ...
23. Testes ... scabini in Buscoducis Godefridus de Vlierden et Everardus de Borchgrave. Datum
24. 28 mei 1603.

1604 januari 23

Henrick Franssen van Gestel en Peter Pelgrom, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Willem Symons, Anthonis Janssen Prekers, Abraham sone Jans Aelbertssen en Wouter Janssen de brouwere, als blocmeesters vanden block der huysarmen van de Ortenstraet, verklaard hebben dat Lambrecht vanden Broeck Jasparssoene met de andere kerkmeesters van de Sint-Pieter afgelost hebben een erfcijns van 7 gulden, die Henrick Wouterssen met de andere kerkmeesters gesticht had met als onderpand 6 kamers onder één dak op het Orteneynde achter die kerk.

1604 januari 23

1. Willem Symons Anthonis Janssoen Prekers Abraham sone
2. Jans Aelbertssoen ende Wouter Janssoen de Brouwer als blocmeesters vanden block der
3. huysarmen vande Ortenstraet binnen Shertogenbossche, hebben opelick mits
4. desen beleden ende bekent dat Lambrecht vanden Broeck Jasparssoene met den
5. synen als kerckmeesters ... der prochie kercke van Sint-Peter
6. Apostel ... aen handen van hen blockmeesters wel ende
7. wittelyck affgelost hebben ... alsulcken erfflosschyns van 7 gulden
8. siaers dach ... als Henrick Wouterssoen cum
9. suis als kerckmeesteren ten tyde der voirseyde kercke ...
10. gevest ... hadden
11. tot behoeff des blox der huysarmen voirseyde ... uut 6 cameren onder een dack
12. malcanderen aenliggende ... op Orteneynde achter de kercke voirseyde
26. ... Getuygen waren hier over Scepenen inne Shertogen-
27. bossche Henrick Franssoen van Gestel ende Peter Pelgrom. Gegeven 3
28. en 20 januari 1604

1605 oktober 15

Godefridus de Engelant en David Everswyn, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Elisabeth, wettige weduwe van Adrianus, zoon van wijlen Matheus de Groot, goudsmid, aan Petrus Aertssen de Hees ten gunste van magister Augustinus Chyermans, procurator voor de rechtbank in Buscoducis, namens zichzelf en namens Gertrudis, dochter van Elisabeth en Adrianus, waarvoor zij zich sterk maakte, daartoe gemachtigd door Apius, zoon van Johannes, als echtgenoot van Johanna, dochter van Elisabeth en wijlen Adrianus, en door Symon Apers, zoon van Aperus Janssen, vroeger echtgenoot van Helena, dochter van Elisabeth en Adrianus, overgedragen heeft een erfcijns van 8½ rynsgulden uit het huis, erf, hof en aangrenzend achterhuis in de Kercstraeth tussen het erfgoed van Henricus Sebertssen aan een zijde en het erfgoed van Henrica, weduwe van Johannes die Wolff, aan de andere zijde, welke cijns Yewanus, zoon van wijlen Petrus Yeuwaenssen, als wettige echtgenoot van Anna, inwoner van de stad Den Bosch, wettige weduwe van Johannes Reynderssen, aan Adrianus had overgedragen.

1605 oktober 15

1. Elisabeth relicta legittima ... Adriani filij quondam Mathei de Groot auri-
2. fabri ... tam pro se ipsa quam pro Gertrude eius filia (et Adriani)
3. ... pro qua se fortem fecit per presentes et adhuc dicta Elisabeth tamquam potens ad
4. infrascripta ab Apio filio Johannis tamquam marito ... Johanne ... filie eorundem Elisabeth et quondam
5. Adriani et a Symone Apers filio dicti Aperi Janssen quondam marito Helene ... filie eorundem Elisabeth ...
6. Adriani iam defuncte ...
8. a. et h.c. 8½ rynsgulden ...
11. ex domo, area orto ac domo posteriori sibi coadiacentes ... in ...
12. die Kercstraeth inter her. Henrici dicti Sebertssoen e.u.l. et inter her. Henrice
13. relicte quondam Johannis die Wolff e.a.l. Quem censum Yewanus filius quondam Petri Yeuwaenssen
14. tamquam maritus ... legittimus Anne ... relicte legittime quondam Johannis Reynderssoen incola civitatis
15. Buscoducensis et ipsa cum eodem Yeuwano suo marito ...
16. her. supportaverat dicto Adriano filio Mathei de Groot aurifabri ...
17. 19 maart
18. 1564 leg. et her. supportavit Petro Aertssoen de Hees ad opus magistri
19. Augustini Chyermans procuratoris agentis coram iudicio in Buscoducis ...
21. et cum omnibus arrestadijs de dicto censu ...
27. Testes ... scabini in Buscoducis Godefridus de Engelant et David Everswyn. Datum
28. 15 oktober 1605.

1606 september 7

1. Alsoo Franchoys Henricxssoen van Gestel als hy leefden Raetsheer ende meesteren vanden grooten Gasthuys der stadt van Shertogen-
2. bosch ende Cristina dochtere wylen Andriessens Janssoen de Leeuwe van Erpe, wittige beddegenooten maeckende hen testament ... verclaerende onder andere daer
3. inne begrepen gemaect hadden Jannen Andriessen haers testature halff brudere naer haerder beyder doot een rente van 18 carolus gulden ... op te Dungen byden erffgenamen mr. Hendrix Zeberts
4. canonick tot Antwerpen om daeraff te hebben het gebruyck synen leefdaech sonder deselve te mogen vercoopen oft laeten lossen maer zo verre deselve gelost worden dat de penningen wederom beleeght souden worden totter selver
5. natueren als naer verhaelt wordt ten waer inden utersten noot dat hy tot alsulcken zoberen staet quaem dat de heeren Scepenen hem daer toe auctoriseerden als genochsaem gebleken synde dat hem grootelicx
6. vannode waer om deselve te moegen vercoopen ende anderssins nyet maer dat die zoude comen nae doot Jans voorseyde tot behoeff vanden armen siecken inden voorseyde gasthuys daert den meester ten dyen
7. tyde synde meest toe van doen hebben soude bevelende dat tsynder discretie Ende dat den voorseyde rentbrieff soude blyven berusten int voorseyde gasthuys nae doot vande voorseyde testateren ...
9. Allet naeder ... testamente 3 december 1591 ...
10. Soo is gestaen voor scepenen ondergescreven mr. Symon Wagemans Licentiaet inden rechten, Raet ende meester vanden Grooten Gasthuys der
11. stadt D.B. inne presentie ende tegenwoordicheyt van Goeyaerden van Engelant, scepen der selver stadt, als ... provisor vanden voorseyde gas thuyse
12. ende heeft opentelick ... bekent dat Joncheer Hendrick van Ghestel, raidt der voorseyde stadt, sone wylen Franchoys Henricxssoen van Gestel voornoemde als eenich geinstitueert
13. erffgenaem der testateuren bovengenoemt, voldoende der voorseyde testamentaire dispositie voor soo veele dat den voorseyde legate is concernerende hem te behoeff des voorseyde gasthuys onder conditien voorseyde
14. wel ende getrouwelick heeft uutgereyct ... den originelen rentbrieff van de voors. jaerlycke renthe van 18 gulden ...
15. eynde datum ultima die mensis februarij ... A.D. millesimo quingentesimo tricesimo octavo

1607 maart 6

Dierick van Vechel en Goijardt van Engelant, schepenen in Shertoigenbossche, oorkonden dat de kerkfabriek van de Sint-Jan aan Matheeus vanden Wege, oud-rentmeester van die fabriek, schuldig was een bedrag van 850 carolus gulden, waarover de fabriek over verscheidene jaren rente schuldig is, eertijds de kinderen van Jan Pelgrom en daarna Matheeus voor 300 gulden een rente van 18 gulden en 15 stuivers en nader gespecificeerde personen andere bedragen. Matheeus is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft aan Gerlingh Ruijs ten gunste van de kinderen van wijlen Jan Pelgrom en Jouffrouw Clara Bertels de som van 850 carolus gulden overgedragen en dit ter vermindering van de inkomsten van deze kinderen die ze van de voornoemde Matheeus ontvangen.

1608 september 13

Rutgerus de Griensven en Adrianus Zegers, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Theodericus de Kessel, uit naam van Hadewig, dochter van wijlen Jacobus vander Leyden, wettige weduwe van Willelmus, zoon van wijlen Goeswinus, zoon van Willelmus de Jabeeck, daartoe gemachtigd door een zekere apostille van schepenen uit die stad, aan Georgius, zoon van wijlen Petrus de Louwe, overgedragen heeft de helft van een erfcijns van 28 carolusgulden, welke gehele cijns Johannes, zoon van wijlen Egidius Dierxzoen de Boxtel, aan Willelmus verschuldigd was ten gunste van diens vruchtgebruik en dat van de wettige kinderen van Willelmus overeenkomstig het testament van Goeswinus de Jabeeck, uit een huis, erf, een onbebouwd stuk grond en achterhuis met zijn grond, rechten en afhankelijke goederen in de Hinthamerstraat tussen het erfgoed van Jacobus van Hove, weduwnaar van Margareta, dochter van Arnoldus Neysen, en zijn kinderen en een zekere doorgang en een zeker tussenliggen pad aan een zijde en het erfgoed van Adrianus, zoon van wijlen Zegerus Eliaszoen aan de andere zijde, bovendien uit het gebruiksrecht van een zeker pad dat zich uitstrekt vanaf die straat tot aan het erfgoed en het achterhuis van Godefridus, zoon van Mathias de Eckart, goudsmid, achter het voornoemde huis en het recht om naar en put achter dat huis te gaan samen met het gebruiksrecht van die put samen met Godefridus en de latere eigenaars van dat erfgoed, en van welke gehele cijns al een erfcijns van 7 gulden door Hadewig aan Johannes de Moy en de zijnen overgedragen was.

1608 oktober 3

Petrus Pelgrom en Johannes Brochel, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Theodericus de Kessel, secretaris van deze stad, uit naam van Hadewig, dochter van wijlen Jacobus vander Leijden en weduwe van Willelmus, zoon van wijlen Goeswinus, zoon van Willelmus de Jabeeck, daartoe gemachtigd door een apostille van schepenen uit deze stad, aan Georgius, zoon van wijlen Petrus de Louwe, had overgedragen de helft van een erfcijns van 28 carolusgulden, welke gehele cijns Johannes, zoon van wijlen Egidius Diericxsen de Boxtel, aan Willelmus verschuldigd was voor zijn vruchtgebruik en dat voor de wettige kinderen van Willelmus, overeenkomstig het testament van Goeswinus de Jabeeck, welke cijns gaat uit een huis, erf, onbebouwd stuk grond en achterhuis met zijn rechten en afhankelijke goederen in de Hinthamerstraat tussen het erfgoed van Jacobus van Hove, weduwnaar van Margareta, dochter van Arnoldus Neysen en haar kinderen, en een zekere doorgang aan een zijde en het erfgoed van Adianus, zoon van wijlen Zegerus Eliassoen aan de andere zijde en uit het gebruiksrecht van een zeker pad dat zich uitstrekt van die straat tot aan het achterhuis van Godefridus, zoon van Mathias de Eckart, goudsmid, achter het oornoemde huis en het recht om naar een put te gaan die achter dat oornoemde huis ligt en het gebruiksrecht van die put samen met Godefridus of een latere bezitter van dat erfgoed. En van die hele cijns had Hadewig aan Johannes de Moij en de zijnen een erfcijns van 7 gulden overgedragen. Heer Petrus de Ghestel, licentiaat in de beide rechten en schepen van deze stad, zoon van Henricus de Ghestel, praeses van die stad, en Vrouwe Johanna Vuchts, diens echtgenote, dochter van van wijlen Petrus Vuchts en Catharina, diens echtgenote, dochter van wijlen Adrianus Zegers, is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft in naam van de bloedverwanten van Hadewig, dochter van wijlen Jacobus vander Leyden, wiens moeder was Christina, dochter van Adrianus Segers, gereed geld getoond en zijn recht op terugkoop en naastingsrecht op de helft van die erfcijns van 28 gulden, welke door Theodericus de Kessel aan Georgius de Louwe in naam van Hadewig was overgedragen en dat Heer Petrus het terugkooprecht op die helft verkregen heeft.

1609 september 25

Peeter Pelgrom en Rogier van Broeckhoven, schepenen in Shertogenbosche, oorkonden dat Thomas, zoon van wijlen Jan, Aerts zoen van Helment, en van wijlen Mariken, diens vrouw, aan Stephan, zoon wijlen Aelbert van Swol, heeft opgedragen een erfcijns van 28 carolusgulden uit:

1. een hoeve in de parochie Heeswyck genoemd Verdonck,
2. een windmolen in de parochie Schijndel en de rechten van die molen,
3. een mudzaat op de plaats Delschot,
4. een watermolen in de parochie Berlicum in Middelroij met haar rechten,

welke cijns Maria, dochter van wijlen Adriaen van Berckel, zoon van wijlen Jan van Berckel, lakenkoper, aan Goyart, wettige man van Jenneken, dochter van Adriaen had overgedragen op 31 oktober 1602.

1610 oktober 2

Peeter van Gestel en Jan Bardoul, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Guiliaem Monix, zoon van wijlen Willem Monix aan Huybrecht, Peter zoen, als eigenaar van een huis en erfgoed in de Hinthamerstraet, Den Bars, heeft afgelost een erfcijns van 5 rynsgulden, welke cijns Jan, zoon van wijlen Martens sone, zoon van wijlen Aert, Martens zoon, beloofd had te betalen aan meester Goyard van Eyck, zoon van wijlen Gerardt, als wettige man van Mechtelt, dochter van wijlen Herbert Hals op 26 februari 1523 uit:

1. huis, hof en aangrenzende akker in de parochie Beerlicum op de plaats Middelroede tussen het erfgoed van het convent van de Claren in Den Bosch aan een zijde en tussen het erfgoed van Henric Doelen aan de andere zijde,
2. een stukje akker, 1 mudzaat groot, tussen het erfgoed van Helene, Mathys zoen, aan een zijde en tussen het erfgoed van Peter, Michiels zoen, aan de andere zijde, zich uitstrekkende van het erfgoed van Andries Martens tot aan het erfgoed van de abdij van Berne,
3. ½ morgen hooiland tussen het erfgoed van die abdij aan een zijde en een einde en tussen het erfgoed van Niclaes Coelen aan de andere zijde en met het andere einde tot aan de Aa,

en welke cijns Guiliaem Monix en van Willem Monix overnam op Willem Monix bij een zekere erfdeling op 4 nov. 1545 en voortaan ook uit dat voornoemde huis in de Hinthamerstraet betaald moest worden.

1610 oktober 2

1. Wy Peeter van Gestel en Jan Bardoul, schepenen inne Shertogenbosche, oorkonden dat
2. Guillam Monix, zone wijlen Willems Monix, ende heeft dezelve ...
3. bekent, dat Huybrecht Peeterzoen als proprietaris van zekere huysinge ende erffenisse ... inde Hinthamerstraet ge-
4. naempt Den Bars aen zynen handen ... heeft affgelost ... eenen jaerlycken ende erffelycken chyns van 5 ... Rynsgulden ...
5. welcken ... chyns Jan, sone wijlen Martens,
6. sone wijlen Aerts Martenszoon hadde geloeft ... te betaelen meesteren Goyarden van Eyck, zone wijlen Gerardts als wittich man
7. ... van Mechtelt ... dochtere wijlen Herberts Hals ... uut huys, end, hoff ende een stuxken ackerlants dyen aenliggende ...
8. binnen der parochie van Beerlicum ter plaetse ... Middelroede tussen erffve des convents van de Claren binnen Shertogenbosche aen deen zyde ende tussen
9. erffgoed Henricx Doelen aen dander zyde, streckende vande gemeyn straet totte erffve van Henrix Coelen. Item ... uut een stuxken ackerlants, een maldersaet lants ...
10. inde parochie ende plaetsche voorseyde tussen erff Helene Mathyszoen aen deen zyde ende tussen erffgoed Peters Michielzoen aen
11. dander zyde streckende vande erve Andries Martens tot op erffgoed ... der Abdye ... van Berne. Alnoch ... uut een halven mergen hoylants
12. ... in de parochie ende plaetze voorseyde tussen erve der voorseyde abdye aen deen zyde ende metten eenen eynde ende tusschen erve Niclaes Coelen aen dander zyde
13. streckende metten anderen eynde totten gemeynen water ... die Aa ...
14. 26 febr. 1523 ende welcken voorseyde chijns ... Guiliaem Monix ...
15. Peeter Monix ende byden vormsel hernampt op Willem Monix mitz sekere erffscheydinge ... 4 nov. 1545 ...
16. ende dyen volgende altyts ende oock te voirens uut den voorseyd huyse inde Hinthamerstraet hergebracht ende
17. betaelt ...
22. zoo hebben wy schepenen voorseyde onze
23. segelen ... Gegeven den tweeden dach octobris int jaer ... duysent zesshondert ende thien.

1610 oktober 2

14. begrepen, wesende van den date den XXVI-en dach februarij anno XVC dry en twintich. Ende welcken verschijns den voorn. Guiliaem Monix, tevorens genoemt geweest
15. zijnde Peeter Monix ende bij den vormsel hernampt op Willem Monix, mitz sekere erffscheydinghe ende deylinghe opten vierden novembris anno XVC vijff ende veertich onder
16. andere te deel ende te loote gevallen is geweest, ende dyenvolgende altijts ende oock te voirens uut den voors. huyse in de Hinthamerstraet hergebracht ende
17. betaelt, scheldende alsoo daervan uuyt, losch ende vrij den voors. Huyberden Peeterzn de voors. onderpanden in den voors. constitutiebrieff begrepen, eensamentelijck
18. oick huysinghe ende erffve in de Hinthamerstraet, genaemt Den Bars, ende voorts generalijck alle anderen hiervan met recht quitantie behoevende gelovende alzoe die
19. voors. Guiliaem Monix ende met hem Jan Willems Bloemarts als schuldenaren principael, onverscheyden ende een voor all, op verbant van henne persoonen ende
20. alle henne goederen, present ende toecomende, dit bekennen ende quijtschellen altijt vast, stedich ende van werde te houden sonder ennich tegenseggen, ende den voors.
21. Huybert Peeterszn de voors. onderpanden, oyck de voors. huysinghe ende erve, genoemt den Bars, recht te doen doen, beloevende van voordere maninghe, betaelinghe ende
22. lossinghe de voors. geheelijck costeloos ende schadeloos te ontheffen ...
    Zoo hebben wij, schepenen voors., onze
23. segelen doen aenhangen. Gegeven den tweeden dach octobris int jaer ons Heeren duysent zesshondert ende thien.

1612 januari 20

Henrick Franszoen van Ghestel en Wilhem Oliviers, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Nelleken, dochter van wijlen Henrick Blanckarts, geboren in Hoesden en nu wonend in deze stad, aan Jan Scheffer Doude, als een van de kerkmeesters van de Sint-Jan ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan,heeft overgedragen alle roerende goederen die zij bij haar dood zal achterlaten op voorwaarde dat de fabriekmeesters haar een fatsoenlijke uitvaart zullen bezorgen en enige missen en aalmoezen voor haar zullen laten vieren en uitgeven.

1613 februari 23

Petrus Pelgrom en Wilhelmus Oliviers, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Hadewig, weduwe van Willelmus, zoon van wijlen Goeswinus, zoon van Willelmus de Jabeeck, aan Theodericus de Kassel, ten gunste van de kinderen van Willelmus en Hadewig, had overgedragen haar vruchtgebruik in een erfcijns van 7 gulden in een erfcijns van 28 carolusgulden, welke gehele cijns Johannes, zoon van wijlen Egidius Diericxsen de Boxtel aan Willelmus verschuldigd was ten gunste van diens vruchtgebruik en dat van de kinderen door hem verwekt en die door hem nog verwekt zouden worden, overeenkomstig het testament van Goeswinus de Jabeeck, welke cijns gaat uit een huis, erf, onbebouwd stuk grond en achterhuis met zijn grond, rechten en afhankelijke goederen in de Hinthamerstraat tussen het erfgoed van Jacobus van Hove, weduwnaar van Margareta, dochter van Arnoldus Neyssen en haar kinderen en een zekere doorgang aan een zijde en het erfgoed van Adrianus, zoon van wijlen Zegerus Eliassen aan de andere zijde. Hadewig is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft, daartoe gemachtigd door een apostille van schepenen in Buscoducis, aan beer Petrus Ghestele, licentiaat in de beide rechten en raadslid van de stad Den Bosch, deze erfcijns van 7 gulden met het achterstallige edrag van 1 jaar overgedragen.

1613 februari 23

b. stukken betreffende diverse huizen in de omgeving van het huis de Waterpot

30. Acte van overdracht door Hadewig, weduwe van Wilhelmus van Jabeeck, namens haar kinderen, van een cijns van 7 gulden uit een cijns van 28 gulden uit een huis, erf, ledige plaatse en achterhuis gelegen aan de Hinthamerstraat tussen het goed van Jacobus van Hove en het goed, gescheiden door een gangetje, van Adrianus Zegers uit Bokhoven, aan Petrus van Gestel, 23 februari 1613.

1 charter

1613 december 24

1. Jacop sone wijlen Sebastiaens Colff, Jan Handricsoen van Meer als wittich man ... van Anna ... ende Jan Jans Willemssen
2. als wittich man ... van Mechtelt, ... gesusteren ende dochteren van wijlen Sebastiaens Colff, ende inne dyen qualiteijt alle erffgenamen van heer Reijnder Colff,
3. presbytere ende canonick, als hy leeffden van Sint-Jans ... ende overzulx gemechticht tot sgeens naevolgende is doir crachte van zekere
4. openen brieven van aucthorizatie ende consent inden Rade van ... hertogen van Brabant tot Brussele geexpedieert, wesende van dato den den vijftiensten dach
5. der voirleden maent anno 1613, ondertekent Mr. Lombaerts ter presentje ende met interventie van heeren ende meesteren Joosten Vossius, presbytere, cantor ende canonnick
6. graduaet der kercke voirseyde ende van Lambrechten Henrixsen vanden Meer, als executeuren vanden testamente ... wijlen heer Reijnders Colff ... huijs, erve, hoff achterhuijs ende
7. poirte met allen den rechten ende toebehoorten van dijen ... inde Hinthamerstraet tegen over den heijligen cruijs in een plaetsche daermen gaet
8. naede wooninge des paters des convents der susteren van Orten ... tusschen erve des voirseyde convents d'een zijde ende tussen ... die Diese ... ende
9. erve eertijts heer ende meester Cornelis Eijmberts, priestere ende canoninick der zelver kercke ende nu der weeduwe wijlen Jor. Johans Campen d'ander zijde, streckende vande gemeijn plaetsche
10. oft straete aldaer tot erffenisse der huysinge vande broederscappen van O.L.V. in Sunt Jans kercke voirs. Ende voirts in alzulcker vuegen ende manieren der voirseyde heer
11. Reijnder Colff 't voirseyde huys, erve, hoff, achterhuys ende attinentien bij coope ende opdrachte tegens Peteren, zone wijlen Anthonis Willemssen van Gemert vercregen heeft gehadt. Gelijck
12. in scepenen brieven ... 4 jan. 1600 hebben zij ten jaerlycken ende erffelycken chijns
13. uuijtgegeven heeren ende meesteren Pauwelssen Havens, presbytere ende canonick der kercke voorseyde ... voir ...
14. den grontchijns van 4 stuvers ende 2 penningen aende hertogen van Brabant, eenen erffelycken losschyns van 12 carolus gulden aen Goijarden Goijartssen vander Doncq, clompma-
15. kere yerst ... van rechts wegen ... ende alnoch voir ende omme eenen jaerlycken ende erffelycken chijns van 18
16. carolusgulden ... aen mijnen Eerwaerde
17. heeren, mijnen heere den deken ende capittele van Sint-Jans ... ende voir den yersten termyn van betalingen inden hoochtijde
18. van Kersmisse anno 1614 ...
23. Blijvende oijck in hun geheel cracht ... allen ende een ijegelijcke de conditien, conventien ende restrictien tanderen
24. tyden tussen den proprietarissen van desen ende den naestliggende erffenissen gemaect ...
30. Met conditien inne desen toegedaen dat die voirseyde heer ende meester Paulus Havens den ... chijns sal mogen lossen ... tot allen tijden teffens ende ten eenenmale met de
31. zomme van drijehondert carolus guldens ...
32. ende metten jaerchijns ende achterstellen ... behoudelyck datmen de voirseyde losch schuldich ende verbonden sal wesen een halff
33. jaer te vorens wittelyck te vercondigen ende opte seggen. Getuygen waeren hier over in Shertogenbosche, Jacop van Balen ende Zeger, zone, meester Zeger Adriaensen. Gegeven
34. 24 dec. 1613.

1613 december 24

Jacob van Balen en Zeger, meester Zeger Adriaensen, schepenen in Shertogenbosche, oorkonden dat heer en meester Paulus Havens, priester en kanunnik van de Sint-Jan, aan Jacob Sebastiaen Colff, Jan, Handrix soen, van der Meer en aan Jan Jan, Willems soen, beloofd heeft te betalen op het feest van de Geboorte van Johannes de Doper 1615, 531 carolusgulden wegens de koop van het huis, erf, hof, achterhuis en poort met alle rechten en afhankelijke goederen in de Hinthamerstraet tegenover het Heilig Kruis op de plaats waar men, gaat naar de woning van de pater van het convent van de zusters van Orten tussen het erfgoed van dit convent aan een zijde en de Diese en het erfgoed dat was van heer en meester Cornelis Eymberts, priester en kanunnik van dezelfde kerk, en nu van de weduwe van Johan van Campen aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de straat tot aan het erfgoed van het huis van de Onze Lieve Vrouwe Broederschap.

1613 december 24

1. Jacob zone wylen Sebastiaens Colff, Jan Handricxzoon vanden Meer, als wittich man ende momboir van Anna . . ende Jan Jans Willemssen als wittich man ...
2. van Mechtelt ... gesusteren ende dochteren wijlen des voirseyde wijlen Sebastiaens Colff, ende inne dyer qualiteyt alle erffgenamen van heer Colff, presbytere ende canonick
3. als hy leefden van Sint-Jans ... ende over zulx gemechticht tot sgeens ... is doir crachte van zeckere opene brieven
4. van authorisatie ende consent inden Rade van hunne ... hertogen van Brabant tot Bruessele geexpedieert wezende van date den vijftiensten dach der voirleden maent anno
5. XVIc ende derthien ondertekent N. Lombaerts ter presentie ende met interventie van heeren ende meesteren Joosten Vossius, presbytere, cantor ende canonick graduaet der kercke voirseyde ende van Lambrechten Henrixsen
6. vanden Meer als executeuren vanden testamente ... wijlen heer Reijnders Colff voirnoemt, huys, erve, hoff, achterhuys ende poirte met allen den rechten ende toebehoirten van dijen gestaen
7. ... inde Hinthamerstraet tegen over den heyligen cruys in een plaetsche daermen ngaet nae de wooninge des paters des convents der susteren van Orten
8. ... tussen erve des voirseyde convents deen zyde ende tussen ... die Diese ... ende erve eertijts heer ende meester Cornelis Eijmberts, presbytere ende canonick der
9. zelver kercke ende nu der weeduwe ... Johans van Campen d' ander zyde, streckende vande gemeijn plaetsche oft straete aldaer tot erffenisse der huysinge vande broederscappe
10. van Ons Liever Vrouwe in Sint-Jans kercke ... Ende voirts in alzulcker vuegen ende manieren de voorseyde heer Reynder Colff 't voirseyde huys, erve, hoff, achterhuys ende
11. attinentien by coope ende opdrachte tegens Peteren, zone wijlen Anthonis Willemssen van Gemert vercregen heeft gehadt gelyck in scepenen brieven deser stadt ...
12. vanden date 4 jan. 1600 ...
13. hebben zy ten jaerlycken ende erffelycken chyns uytgegeven heeren ende meesteren Pauwelssen
14. Havens, presbytere ende canonick der kercken voirscreven ... voir en omme den grontchyns van vier stuvers
15. ende twee penningen aen de hertoge van Brabant, eenene erffelycken loschyns van 12 carolus gulden aen Goyarden Goyaertssen vanden Doncq, clompmaecker, ierst yaerlix van rechts wegen ...
16. ende alnoch voir ... eenen jaerlycken ende erffelycken chijns van 18 carolus guldens ...
17. aen mijnen E. Heeren den deken ende capittele van Sint-Jans ...
18. ende voir den yersten termyn van betalinge inden hoochtyde van Kersmisse anno XVIc ende veerthien ...
24. Blijvende oyck in hun geheel cracht ... allen ende een yegelycke conditien, conventien ... tussen den proprie-
25. tarissen van dezen ende den naestliggende erffenissen ...
31. Met conditien inne desen toegedaen dat ... Paulus Havens den voirseyde chyns sal mogen lossen ... teffens ende ten eenenmale met de zomme van drijehondert ca-
32. guldens ... ende metten jaer-
33. chijns ende achterstellen ... Behoudens datmen den voorseyde losch een half jaer te vorens wittelyck
34. te vercondigen ende opteseggen. Getuygen waeren hier over scepenen in sHertogenbosche, Jacop van Balen ende Zeger (tekst ontbreekt) Adriaensen. Gegeven den 24
35. december 1613.

1614 augustus 29

Jacobus de Balen en Segerus Zegerssen, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Jacobus de Tulden, zoon van wijlen Gerardus de Tulden, aan Johannes Janssen Ryder ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan heeft overgedragen een erfcijns van 5 carolusgulden uit:

1. 1½ morgen in de parochie Litthoyen in een zekere kamp Den Breeden Tweenen tussen het erfgoed van de erfgenamen van wijlen Henricus de Daventria aan een zijde en het erfgoed van Hericus Goijartssen aan de andere zijde,
2. een huis, erf en hof in de Orthenstraat naast de buitenste poort tussen de stadsmuur aan een zijde en het erfgoed van Henricus Arntssen aan de andere zijde, zich met een einde uitstrekkend tot aan de voornoemde straat,

welke cijns Gerardus, zoon van Theodericus de Thulden, wettige weduwnaar van Anna, dochter van wijlen Jacobus de Arckel en Lamberta, dochter van wijlen Franciscus Boogart, zoon van wijlen Lambertus Boogart, aan Petrus de Heesch ten gunste van magister Henricus, zoon van Petrus en Anna, ter ondersteuning van diens toekomstige klerikale ?taat had overgedragen en welke cijns Jacobus door een erfdeling van de goederen van Gerardus en Anna verkregen had.

1615 maart 8

Goijaert de Jeger en Zeger, zoon van meester Zeger Adriaenssen, schepenen in Shartogenbosche, oorkonden dat Mariken, dochter van wijlen Reyner Dierixsen vander Meer, verklaard heeft dat zij van Jan Sceffer, oud kerkmeester van de Sint-Jan ontvangen had 1 mud rogge, deel uitmakend van een erfpacht van 8 mud rogge uit de goederen Ten Kuylen in de parochie Rixtel, welke pacht zij bij transport verkregen had en dat zij ook als "heetpenningen" van deze eerste mud ontvangen had 100 carolus gulden.

1615 augustus 8

Peeter van Gestel en Marten van Weemondt, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat heer en meester Pauwel Havens, priester en kanunnik van de Sint-Jan, aan heer en meester Joost Vossie, priester, cantor en kanunnik van de Sint-Jan, ten gunste van de deken van dat kapittel verkocht heeft een erfcijns van 24 carolusgulden, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatshebben op het eerstvolgende feest van de Geboorte van Johannes de Doper uit het huis, erf, hof, achterhuis en poort met alle rechten en afhankelijke goederen in de Hinthamerstraet tegenover het Heilig Kruis op de plaats die leidt naar de woning van de vader van het convent van de zusters van Orthen tussen het erfgoed van dat convent aan een zijde en de Diese en het erfgoed van de weduwe van Johan van Campen aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de straat tot aan het erfoed van de Onze Lieve Vrouwebroederschap aan de andere zijde, met als verplichtingen:

1. een grondcijns van 4 stuiver, waarvan 2 aan de hertog van Brabandt,
2. een erfcijns van 18 gulden aan dat kapittel.

De verkoop heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat de verkoper deze cijns altijd in 1 of 2 termijnen mag terugkopen, de gehele cijns voor een bedrag van 400 carolusgulden en met de eventuele achterstallige bedragen en de cijns van het jaar van terugkoop, op voorwaarde dat deze terugkoop een half jaar tevoren aangekondigd wordt.

1617 juni 26

Gerart van Horenbeeck en Albert vanden Dungen, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Henrick, zoon van Boudewyn Henricxssen, drapenier aan Peter Ciermans en Henrick Cornelissen de Wys, als meesters van de fabriek van de Sint-Barbarakapel, ten gunste van die kapel heeft verkocht een erfcijns van 6 carolusgulden waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op het eerstvolgende feest van de Geboorte van Johannes de Doper uit een huis, erf hof en aangrenzend erfgoed tegenover de Buertsche straet bij de voornoemde kapel tussen het erfgoed van Henrick Cornelissen de Wys aan een zijde en het erfgoed van Diercx Diercxzoen, timmerman, aan de andere zijde, zich achterwaarts uitstrekkend tot aan de stadsvesten met als lasten op dat huis, erf, hof en erfgoed:

1. een erfcijns van 6 carolus gulden aan Peter Degens,
2. een zelfde cijns aan Henrick Artssen van Roy,
3. een zelfde cijns aan het blok van de huisarmen van de Weversplaetse,
4. een cijns van 9 stuivers aan het kapittel van de Sint-Jan.

De verkoop van deze cijns heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat de verkoper hem altijd mag terugkopen met een een som ineens van 100 carolusgulden, de cijns van het jaar van terugkoop en de achterstallige cijnzen, op voorwaarde echter dat hij deze terugkoop een half jaar tevoren aankondigt.

1617 juli 5

Gerardt Pauwelssen, Eymbert Dirck Thonissen, Hoebert Peterssen, Jacob Peterssen van Cauwenberch, Henrick Dirck Maessen, Joseph Bastiaens vande Vyffeycken en Ansem Lamberts, schepenen in Aerlen, oorkonden dat Jan Henrick Marcelissen aan Henrick Thomas Dircxssen verkocht heeft een stuk akkerland, 2 lopenzaat groot, in de parochie Aerlen nabij Den Cleynen Laer naast het erfgoed van de kerkfabriek van de Sint-Jan aan een zijde en het erfgoed van de rector van het Sint-Woutersaltaar in de kerk van beeck bij Aerle aan de andere zijde, zich uitstrekkende vanaf het erfgoed van Thomas Ardts van Croij tot aan de openbare weg.

1617 augustus 4

Jan vande Velde en Aelbert vanden Dunghen, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Jan Henrick Jan Marcelissen aan Henrick Thomas Diericxssen had verkocht een stuk akkerland, 2 lopenzaat groot, in de parochie Aerlen op Den Cleijnen Laer naast het erfgoed van de fabriek van de Sint-Jan aan een zijde en het erfgoed van de rector van het Sint-Woutersaltaar in de kerk van Beck bij Aerle aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf het erfgoed van Thomas Aerts van Croij tot aan de openbare weg. Henrick is nu voor bovengenoemde schepennen verschenen en heeft aan meester Herman van Heumen en meester Jacob van Cammen, beide licentiaten in de rechten en raadsheren van deze stad en aan Jacques Verschuren, als fabrieksmeester van de Sint-Jan ten gunste van die fabriek dat stuk akkerland overgedragen. De overdracht heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat Henrick dit stuk akkerland altijd zal mogen lossen met 250 carolus gulden, op voorwaarde echter dat hij deze inlossing een half jaar tevoren aankondigt.

1619 maart 21

Geerart van Broeckhoven en Rombout Romboutszoen, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Peeter, zoon van wijlen Willem, zoon van Jan Peeters, wonende in Vechel, aan Gerard vanden Leemputte en Gerard Daniel vanden Dijck, als fabrieksmeesters van de parochiekerk van Sint-Petrus en -Paulus verkocht heeft een erfcijns van 6½ carolusgulden, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op 21 maart over een jaar uit een stuk hooiland van de verkoper, 8 dachmaten land groot, in de parochie Vechel in het Aa Broeck tussen het erfgoed van Jan, zoon van Ahthonis Corsten aan een zijde en tussen het erfgoed van Jacob, zoon van Willem Geeritssen, aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf het erf van Dingens, dochter van Jan Claessen tot aan de Aa, van welk stuk hooiland de andere helft aan Adriaen Willems versteden is. De verköop heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat de verkoper deze cijns altijd mag terugkopen met een bedrag ineens van 100 carolusgulden, de cijns van het jaar van terugkoop en de achterstallige bedragen op voorwaarde dat de verkoper deze terugkoop een half jaar tevoren aankondigt.

1619 mei 8

31. Acte van overdracht door de kinderen van Johannus van Boxtel van een goed en huis genoemd 'de Maeght van Tricht' tegen een jaarlijkse cijns van 60 gulden aan Johanus van Liebergen, 8 mei 1619.

1 charter

1619 mei 8

1. Notum sit universis quod cum Johannes filius quondam Egidij de Bocxtel tamquam relictus legittimus Theoderice sue prioris uxoris, filie quondam
2. Johannis Havenen de Boeckel usufructum sibi competentem in domo, area vacua hereditate ... ac domo posteriori cum suis iuribus et attinentijs ... in vico Hinthamensi inter her.
3. Alardi Henricxzoen de Dommelen quodam transitu seu via quadam interiacente e.u.l. et inter her. Johannis vander Borcht e.a.l. Insuper in iure utendi dicta via cum iure viandi ad quendam
4. puteum ibidem ... retro domum predictum simul etiam in iure utendi dicto puteo leg. supportasset Arnoldo suo filio cum dicta Theoderica procreato Henrico filio quondam Arnoldi Tolinx marito et
5. tutori leggitimo Petronelle ... filie eiusdem Johannis de Boxtel et Theoderice antedictorum magistro Silvestrum Lintermaus relicto legittimo Beatricis ... filie Johannis et Theoderice
6. ... ad opus suorum trium liberorum ab ipso cum prefata Beatrice sua uxore procreatonum et Gertrudi filia quondam Zegeri Buekentop relicteque ... Egidij filij sepe-
7. dictorum Johannis et quondam Theoderice ad opus suorum 4 liberorum ... cum eodem Egidio procreatorum ...
8. Constituti igitur coram scabinis infrascriptis dictus Arnoldus filius Johannis Egidij de Boxtel et quondam Theoderice ... Henricus Aertssoen Toelinck tamquam maritus ... legiti-
9. mus ... dicte Petronelle filie Johannis et Theoderice antenominatorum, prefatus magister Silvester Lintermans nomine et ex parte dictorum suorum trium liberorum ...
10. et idem magister Silvester et cum eodem dicti Arnoldus Johannis de Boxtel et Henricus Aertssen Tolinck nomine et ex parte dictorum 4 liberorum ... dicti quondam Egidij et
11. Gertrudis pro quibus sese ... fortes fecerunt ... per presentes dictum domum, aream vacuam hereditatem ... ac domum posteriorem cum omnibus et singulis suis iuribus
12. et attinentijs predictis pronunc appellatis inde macht van Tricht et sitis ibidem inter her. Servatij de Doirne dicta via interiacente e.u.l. et inter her. Jacobi Laureijnssoen e.a.l.
13. tendendum a dicto vico Hinthamensi ad her. dicti Servatij ... et suorum liberorum ...

1620 mei 18

Henrick Franssen van Gestel en Albert vanden Dungen, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Aernt, zoon van wijlen Goossenssoen, alias Bijlen, timmerman, wonende te Berchen, aan meester Johan van Broegel, licentiaat in de rechten en raadsheer van deze stad en aan Guilliam vander Meer, als proost van de Onze Lieve Vrouwebroederschap, ten gunste van die broederschap verkocht heeft een erfcijns van 18 gulden en 15 stuiver, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op 18 mei 1621 uit:

1. een huis, erf, hof, boomgaard en aangrenzend akkerland, 2 morgen min een hont groot, in de parochie Berchen in de Laerstraete tussen het erfgoed van Jenneken, weduwe van Jan Celen aan de westzijde en tussen Henrix Adriaens aan de oostzijde, zich aan de noordzijde uitstrekkende tot aan die straat en een de zuidzijde tot aan het erf van Willem Jan Wouters en meerdere anderen,
2. stuk hooiland, ½ morgen groot, op het Berchemer Velt naast het erfgoed van Ma ?, weduwe van Willem Dierixssoen aan een zijde en naast het erfgoed van Jan Zebert Roeloffs zoen aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de openbare weg tot aan het eerste onderpand,

met als last op het eerste onderpand een zester rogge aan de Tafel van de Heilige Geest in Oss en eenpacht van 1½ sester aan het convent van Baseldonck. De verkoop heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat de verkoper deze cijns altijd mag terugkopen met een bedrag ineens van 300 carolusgulden, de cijns van het jaar van terugkoop en de achterstallige bedragen, op voorwaarde echter dat de verkoper deze terugkoop een half jaar tevoren aankondigt.

1620 mei 18

1. Aernt sone wilner Jans Goossensoen alias Bijlen, timmerman wonende tot Berchen,
2. heeft wittelick ende erffelick vercoft gelijck hij vercoopt ... Meesteren Johan van Broegel, licentiaet der rechten, raetsheer
3. deser stadt ende Guilliam vander Meer als proosten vande Eerw. Broederscappe van O.L.V. in de Sint-Jan ...
4. tot behoeff der selver Eerw. Broederscappe eenen jairlicken ende erffelicken chijns van 18 gulden ende
5. 15 stuvers ...
6. ende voor den iersten termijn ... den achtiensten maij 1621 ...
9. uuyt
10. huijs, erve, hoff mgaert ende ackerlant dijen aenliggende groot te samen ontrent twee mergen min eenen hont lants ... inde
11. prochie van Berchen ter plaetssen ... inde Laerstraete tusschen erve Jennekens weduwe Jans Celen aen de weste syde
12. ende tusschen Henrix Adriaens aen die oost syde streckende met den noorden eijnde ... voorseyde Laerstraete ende met
13. den suijden eijnde ... erve Willem Jan Wouters ende meer andere Ende alnoch van ende uuyten stuck toillants groot eenen
14. halven mergen daeromtrent ... op het Berchemer Velt
15. neffen erve Ma ... wedue Willems Dierixssoen deen sijde ende neffen erve Jans Zeberts Roeloffszoen aen dandere sijde streckende
16. vanden gemeijnen wech tot aen t erste onderpandt soo hij verclaerde vander selver ...
21. aff sal doen geheelick uutgenomen
22. eenen pacht van eenen sester rogge der Taeffele des Heijlichs Geests tot Oss ende eenen pacht van anderhalven sester
23. roggen aen den convente vander Baseldonck ...
26. Met conditie toegedaen dat de voornoemde vercooperen de voorseyde chijns ten allen tyden
27. sal mogen lossen ende quijten ten eenenmale met de somme van 300 car. gulden ...
31. ende metten chijns des jaers der lossinge endeachterstellen ...
32. Behoudelick dat de voornoemde vercooper desen loss een half jaer te voorens wittelick sal vercondigen ende opseggen ...
35. Getuijgen waeren
36. hierover Schepenen in Shertogenbossche Henrick Franssen van Gestel ende Albert vanden Dungen, Gegeven den
37. 18 mei 1620.

1621 februari 1

1. Wy Scepenen, gezworen raedtsluijden diemen noempt ledige luijden, dekenen ende geswoirens vanden Ambachten ende allen
2. die gemeyn stadt van Shertogenbossche doen condt allen luyden dat wij van wegen ende inden name der selver stadt wettelicken vercoft hebben Josephen van Delft als een vande fabryckmeesteren der cathe-
3. dale kercke ... tot behoeff vande selve fabrijcke eenen jaerlicke ende erffelicke renthe van 21 carolusgulden ...
9. ende voer den iersten jaer inden hoochtyde van Onser
10. Liever Vrouwen Lichtmisse anno 1622 ...
28. Met sulcker conditien toegedaen dat wij inden name ende van wegen der voorseyde stadt de voorseyde renthe altyt als ons
29. gelieven sall sullen mogen quijten ende lossen elcken gulden met 16 gulden ... ende metter renthe vanden
30. jaere alsmen die quijten sal ende metten achterstellen oft daen eenige daer aff ... 32 1 februari 1621.

1622 mei 7

1. Wy scepenen ....ren ledige luyden die men noempt ...
2. stadt van Shertogenbossche doen condt allen luyden dat wy van wegen ende inden name der selver stadt ....cken vercocht hebben tot behoeff van .....ten ke ....er voirseyde stadt een e...l...
3. renthe van 220 gulden ...
7. ende voirden iersten jaer opten sevensten may ... 1623 ...
22. ende van wegen der voirseyde stadt dese voirseyde erffelycke renthe altyt alst ons gelieven sal sullen mogen lossen ende quyten elcken gulden met sestien gulden
23. ... ende mitter rente vanden jaere alsmen die quyten sal ende mitten achterstellen ...
24. Gegeven 7 mei 1622.

1623 juli 5

1. Wy Herman Pelgrom ende Peter van Gestel, scepenen inne Shertogenbossche, doen
2. condt eenen yegelyck dat op huyden date ondergeschreven voir ons inne persoonen verscenen ... d'eerwaarde heer ende
3. meester Pauwels Havens, canonick ende cantoir der cathedrale kercke als proprietaris van zyne huysingen, erven ende hoven met henne toebehoir-
4. ten ... ontrent de Hinthamerstraet byde woninge vanden pater des convents der susteren van Orten ende neffens
5. den erve vanden Eerw. Broederscappe van O.L.V. eenre ende Joncker Henrick van Gestel, oud President der voirseyde stadt als
6. tegenwoirdige proost der voirseyde Broederscap ende meester Aerdt van Broechoven, raetsheer der stadt voirseyde ende proost der zelver broederscap mits dabsentie
7. in plaetse van Joncher Rogier van Broechoven, oyck tegenwoirdige proost vande voirseyde Eerw. Broederscap van Onser Liever Vrouwen geërigeert inde
8. voirseyde cathedrale ... gemechticht tot sgeens navolgende is uuyt crachte vanden consente ende auctorisatie den voirseyde heeren Proosten Comparanten
9. by de voirseyde Eerwaarde Broederscap op heden date ondergescreven en gegeven ende verleent ter andere zyden Ende hebben oipelyck beleden ende bekent sekere
10. conventien ... met malcanderen aengegaen ... te hebben van henne voirseyde erffenissen neffens malcanderen liggende welcken
11. volgende de voirseyde heeren proosten inden namen der ... Broederscappe hebben geconsenteert ... mits desen dat de voirnoemde heer
12. ... Pauwels Havens sal mogen metsen opte innere ende gront der selver mueren der ... Bruederscappe ... neffens den erve
13. derselver Broederscap aende westsyde over de water aldaer vlietende gelegen Eenen opgaenden blynden steenen gevel sonder scilt ter breyde van XXII voet ende vier duijmen
14. oyck sonder eenige open oft toestaende duerve venster, glastralie oft eeniger hande andere gaten oft openingen sonder oyck eenich licht oft locht daerdoir te mogen
15. hebben ... noch ... uytsien te hebben naden erve der selver Broederscappe nu noch tot egeenen toecomenden tyde ... onder conditie
16. dat ... Pauwels Havens schuldich ... sal zyn ende blyven de voirseyde innere ter voir verhaelde plaetse gelen soo die strekende is
17. vanden huyse ende erve der susteren van Orten int noorden aff totten achterhuyse der ... broederscappe zuytwaerts toe geheelyck vanden eenen eynde totten
18. anderen, van bovens tot inden gront beneden toe van nu voirtsaen ten eeuwigen dagen ter hoochste van tien hamer voeten boven superficie vanden erve soe
19. derselver Broederscappe als des voirseyde heer Havens lanx tegens de voirseyde muere liggende soo deselve nu is oft in toecomenden tyde wesen sal tzyner coste alleen op te maeken
20. lofbaerlyck te repareren te onderhouden ende oft noot waer te vernyeuwen ter dicte soo die tegenwoirdich is ende ter hoochste als voir staet alles sonder eenige openingen prospecte
21. oft gaten daer inne tot eenige plaetse te mogen hebben houden noch maken als boven. Ende oft gebuerde dat ... heere Havens tegens die voorseyde muere vanden hoeck vanden
22. voirseyde nyeuwen geval aff zuytwaerts aen gelieffden te timmeren zal deselve sulx moegen doen alleenlyck ... met een affhangeflde leyne die van tbovenste der selver
23. muere nederwaerts gaen sal ende dwater daervan comende vallen alle tot ende opten erve ... heere Havens onder 't minste de timmeragie ten erve der Broederscappe
24. waertover deselve muere te moegen steecken. Item de ... heer Havens sal oyck mogen timmeren ende metsen tegen de muere vanden voirseyde achterhuyse der Broederscappe
25. insgelycx inde wende tussen den voirseyde achterhuyse ende den achterhuyse ... heere Havens tegenwoirdelyck liggende teynden deselve muere staende mits alsdan een
26. nieuwe muere leggende inden selve wende tusschen de 2 achterhuysen voirseyde neffens malcanderen tegenwoirdich opt water staende. Ende des sal ... heer Havens oock
27. daerneffens gehouden wesen opte voirseyde nieuwe muere alsdan te doen maecken ende te leggen een lobaer looten goete mit haeren toebehoerten ende dwater dat vande voirseyde
28. 2 achterhuysen ... vallende sal daer doir te doen leyden met eenen bequamen uuytsteckenden baert tot int voerseyde water aldaer vlietende ende deselve goote alzoe
29. geleecht syde ten eeuwigen dagen in goeden staet ... te onderhouden alles ten coste ... heer Havens des is
30. mede geconditioneert dat ... Pauwels Havens inde voirseyde muere ende timmeragie ten erve waert der voirseyde Broederscappe niet en sal moegen
31. hebben noch maecken eenige open oft toestaende duere, venster, glas, tralie oft eeniger hande andere gaten oft oeck oepeningen noch oyck ennich licht of locht daer doir moegen
32. sceppen oft prospect oft uytsien hebben. Ende en sal des niettemin den gront vande nyeuwe te leggen muere ende oyck de plaetse der voirseyde wende mette timmeragie
33. over een deel der selver wende aent water van wegen der Broederscappe alzeede getimmert van beneden tot boven toe erffelyck zyn ende blyven aende selve
34. Broederscappe eygen toebehoirende. Ende oft die voirseyde in toecomenden tyde gelieffde de sydelmuere van hennen ... achterhuyse westwaert uuyt te
35. nemen ende tzelve huys daermede te wyden. Sal deselve alsdan in ende opte voirseyde nieuwe ende oyck in ende opde oude muere des voirseyde heere Havens aldaer staende
36. mogen timmeren, anckeren ende hun achterhuyse vastmaken niet tegenstaende oyck tcontract desen ter contrarien opten vyftienden dach mert anno 1544
37. voir scepenen deser stadt in Libro Brock gemaeckt welck contract oversulcx by desen wort gederogeert doot ende teniet gedaen behoudelick nochtans dat tgene de
38. Broederscappe inde voirseyde nyeuwe oft oude muere int maeken van haere voirseyde timmeragie quame te breken sculdich ende gehouden sal wesen wederom tot hueren eygen coste te
39. repareren ende de ... Broederscappe in oft op de voirseyde nyeuwe oft oude muere des voirseyde heere Havens timmerende sal effens wel donderhouden vande voirseyde goote blyven
40. tot last ... Pauwels Havens ... is alnoch onder sprooken ... dat de proprieteyt ... der ... eerste genoemde muere metten nieuwen gevel
41. ende voirder metselrye ende timmeragie als voir aende selve muere te maken mette toebehoirten der voorseyde muere ende tgene daeraff dependeert altyt sal zyn ende blyven aende
42. ... Broederscappe oft daervan actie hebbende eygen toebehoirende soo ende gelyck deselve voir date deses geweest is dit voirseyde consent ... niet tegen staende
43. Alzoe dat ... broederscappe oft daervan actie hebbende alsvoir altyt als hun gelegen sal wesen op in en aende voirseyde muere, nyeuwen gevel ende andere timmeragie sal moegen
44. timmeren, anckeren ende haere timmeragie vestigen nae huere geliefte gelyck all de voirseyde partyen ... oipelyck hebben bekent ende ...
49. Gegeven den vyffsten ... july
50. 1623.

1628 mei 17

1. Everardus Ravensteyn, presbyter, juris utriusque licentiatus, officialis Reverendissimi Domini Episcopi Buscoducensi
2. executor et commissarius apostolicus ...
3. litteris apostolicis ... Urbani ... Pape octavi eius vero bulla plumbea in
4. cordulis canapijs sub impendente sigillatis commissorijs in negotio dispensationis super impedimento tertij consanguinitatis gradus
5. Nobis officiali ... tanquam executori et commissario apostolico directis et nobis pro parte
6. Rubgeri filij Johannis Rutgeri Laici eb Adriane Henrici mulieris commorantium in loco De Dungen ...
7. impetrantum presentatis et per nos debitis cum honore et reverentia receptis requisiti fuimus quattenus ad
8. executionem earundem procederi vellemus et dignaremur. Nos autem volenbes mandatum apostolicum huiusmodi reven-
9. renrer exequi ut teneremur et nicholominus in negotio debite et legittime procedere ex et super pretacta consan-
10. guinitate alijsque in predictis litteris narratis et contentis informationem cepimus diligentem. Eb quia per informationem
11. huiusmodi reperimus preces veritate intr. dictosque Rutgerum et Adrianum impetrantes tertio consanguinitatis gradum invicem
12. esse coniunctos illosque pauperes et miserabilies existere ac ex suis labore et industria tantum vivere dictamque
13. Adrianam propter hoc raptam non fuisse Idcirco Nos Everardus ...
14. prebactes Rutgerum et Adrianam impetranbes in primis ab-
15. invicem separamus deinde eosdem Rutgerum et Adrianam veniam a nobis potentes humiliter imposita eis pro
16. modo culpe arbibro nostro penibentia salutari et recepto ab eis iuramento quod talia deinceps non committent
17. neque committentibus prestabunt consilium auxilium vel favorem quodque sub spe habenda dispensationis huiusmodi
18. incestum in predicbis litteris, apostolicis mentionatum non commiserint imposita etiam eis propter incestum ipsum
19. eodem arbitrio nostro penitentia salutari ab excommunicationis sententia quam propter premissa in pretactis
20. litteris apostolicis mentionata incurravut incestus reatu et excessibus huiusmodi hac vite dumtaxat in utroque
21. fore authoribate apostolica vigore dictarum litterarum apostolicarum absolvimus ... Et
22. deu ... cum ipsis Rutgero et Adriano postquam in separatione pretacta arbitrio nostro perseverassent quod ...
27. In quorum fidem presentibus nostris litteris per Graphia-
28. rium Curie Episcopalis Buscuducensis de mandato nostro subsignati que prescriptis apostolicis litteris transfixe sunt sigillum
29. officialtum nostri duximus ... Datum 1628 17 mei

1628 september 26

1. Alzoo prelaten, edelen ende steden vanden lande ende hertochdomme
2. ... vercocht hadden Joncker Henrick van Eyndhouts eene erffelicke rente van acht ende twintich Carolusgulden ...
4. omme telcken halven jaere betaelt te worden met ganckbaren gelden bij handen Jacob Bax ontfanger vande drije
5. Staten van Brabant Int quartier van Shertogenbossche ...
8. ende alsoo daernae de voorseyde erfflosrenthe opten
9. tweeden dach ... julio anno sesthienhondert sessentwintich bij erffdeijlinge vande goederen wijlen Joncker Adriaens
10. sone des voorseyde Joncker Henricx van Eijndhouts (onder andere) te deel ende te loote gevallen is geweest Jonckheren Henricks sone des
11. voorseyde Joncker Adriaens van Eijndhouts, blijckende bij sekere schriftelicke Attestatie van Joncker Walraven van Steenhuijs ende
12. Geerardt Claessoen Landtschrijver vanden Lande van Cuijck in date den negenentwintichsten decembris anno sesthienhondert
13. ende sevenentwintich. Soo is gestaen ende gecompareert voor den scepenen ondergescreven deselve Joncker Henrick van Eyndhouts
14. sone wijlen Joncker Adriaens sone Joncker Henricx van Eijndhouts, de voorseyde erfflossrenthe van achtentwintich gulden tsiaers
15. heeft hij wittelick ende erffelick opgedragen ... Meester Arnout van Broechoven licentiaet inde
16. rechten ende tegenwoordich wethouder deser stadt ...
17. ende met vier jaeren achterstellen ...
22. Getuijgen hebben hierover geweest Scepenen in Sherto-
23. genbossche Guilliam van Doijenbraeck ende Peter vanden Berch.

1628 december 3

a. stukken betreffende het huis 'de waterpot'

15. Acte van overdracht door de erfgenamen van wijlen Augustijn Ciermans, in leven procureur van 's-Hertogenbosch, aan Guilliam, zoon van wijlen Jan van Kessel, 3 december 1628

1 charter

1628 december 3

1. Adriaen Goyaert ende Peeter den Jongen, gebroederen, sonen wijlen Augustijn Ciermans, procureur
2. in sijnen leven voor den gerichte deser stadt ... ende Elijsabeth sijne huijsvrouwe, dochter
3. Goyaert Alberts ... , Christophel Corstiaenssen, backere als wettige man ... Jenneken sijne
4. huijsvrouwe, Jan Jacops van Nijeuwecuijck, man ... Cristina ... ende Jan Aertssen, Kievits als man
5. ... Geertruijts ... dochteren des vorrgen. Augustijns ende Elysabeths ...
6. allen de selve comparanten soe voor hen selven als mede actie en transport hebbende van Peeteren, outste sone des voirseyde
7. Mr. Augustijns ... ende Adriana, dochtere Peeters de Greve, sijne ierste huijsvrouwe, eene huijsinge
8. ledige plaetse, put somerhuijs ende hoff gestaen ende gelegen ... inde Kerckstraet
9. Inden Gulden Waterpot tussen huys ende erve Jacop Marttens de Wilde, deser stadts timmerman aen deen syde ende
10. tussen huijs ende erve Jans van Graeveren, secretaris tot Heeswijck ende Dinther ... Inden Gulden. Cam aen dander
11. syde. Mitsgaders den achterhuyse ende hoff dyen aenliggende backoven daerinne staende met allen synen gerechtigheden
12. ... dependentien van dijen tesamen oijck metten rechte van te mogen gebruijcken eenen wech ende put
13. neffens andere gelijcke recht daertoe hebbende ... inde Hinthamerstraet met een gancxken
14. ende poortien daeruuyt gaende, welcke voorseyde huysinge, hoff ende achterhuys met syne rechten ...
15. Augustijn Ciermans tegens Alart sone Jans Vrancken, Joachim vanden Wijerende Jan Wouterssen
16. Cuijper als momboiren vande ... kynderen wijlen Henrick Peeterssen de Greve ende Elijsabeth, syne huysvrouwe,
17. ... voor een derde gedeelte ende alnoch
18. tegens den voorgenoempden Alarden als getrouwt hebbende (is opengelaten ! ) ... ende Reijnder Potten
19. als man ... van Peeterken ... dochteren Peeters de Greve voirschreven voor twee
20. andere vierde gedeelten bij opdrachte voor heeren schepenen voorschreven vercregen hadde wesende het resterende
21. vierde gedeelte den voorschreven Augustijn Ciermans bij houwelyck mette voornoempde Adriana, dochtere desselffs
22. Peeters de Greve aengecomen ...
23. hebben sy wettelyck ende erffelijck opgedragen ... Guilliamen sone wijlen Jans van Kessel,
24. cleermakere tesamen ... ende metten
25. alingen rechte ...
30. uuijtgenomen ...
31. den grontchyns aen ... den Coninck ...
32. tot vyff oortkens een negenmanneken tsiaers ende ... een gulielmusthuijn aen 't groot
33. Gasthuijs ...
34. Blijvende oyck allen conventien, conditien ende restrictien tussen den proprietarissen van desen en naestliggende
35. huysingende ende erffenissen
36. Getuijgen hebben hier over geweest Schepenen inne Shertogenbossche Jacob de Cock ende
37. Henrick van Zoerendonck. 3 december 1628.

1629 april 26

1. Wy Jacob Jacopsen Vinck ende Mathys Willems
2. Raaphorst, schepenen in Amstelredam, oirconden ende kennen
3. dat voor ons gecompareert syn de heeren Burgermeesters ende
4. Regierders deser stede ende gelieden dat op den 13 januarij
5. anno 1629 by executie der selver stede vercofft is geweest
6. Dr. Tymon van Opinder een rentebriefs van 49
7. guldens sjaers verleden by Pieter Jansl.
8. veerschipper op Rotterdam voor ende ten behoeve van capiteyn
9. Bartholomeus Matyssen Stofs houdende op ende over de Custinge
10. van een erve mettet de timmert daerop staende leggende op de
11. oostzyde van de Keysers gracht ...
24. 26 april 1629.

1629 ? 20

1. Wy scepenen ende Geswoiren Baedtsluijden diemen noempt ledigen luyden, dekenen ende geswoirens vanden ambachten ende allen die ghemeijn
2. stadt van 's Hertogenbossche, doen condt allen luijden dat wij van wegen ende in namen der selver stadt witteiijcken vercocht hebben meester Geerardt van Horenbeeck, licentiaet inden rechten
3. ende raedtsheer der selver stadt ende Jan Scheffer, als fabrijckmeesteren der cathedrale kercken ... tot behoeff vande fabrijcke eene jaerlicke ende
4. erffelicke renthe van 250 carolusgulden ...
27. met sulcker conditien toegedaen dat wij inden name ende van wegen der voorscreven stadt deze voorschreven
28. erffelicke renthe renthe altijt ... sullen mogen quijten ... elcken gulden met (zesthien ?) gulden ...
29. ende metter renthe vanden jaere alsmen die quijten sall ende metten achterstellen ...
30. metten grooten gemeijnen zeghel ...
31. opten twintichsten dach der maendt van ? 1629

1633 april 28

Huybert Daniel Boedts en Jan Sanders, schepenen in Roosmaelen, oorkonden dat Jan, voor 1/5 deel, Reynder, voor 1/5 deel, die zich sterk maakte voor Jan, diens broer, voor 1/5 deel, Jan Claessen als man van Mechtelt, en Jacob Matheusen als wettige man van Thonisken, allen wettige kinderen van Wouter Anthonissen en van wijlen Meriken Gerlincx, aan Aerd, zoon van Dierick Henricksen verkocht hebben een stuk land, 1 mudzaat groot, in de parochie Roosmaelen aan de Buijker straet, genoemd Den Gaert, tussen het erfgoed van Gerit vande Wiel aan de noordzijde en de openbare weg aan de zuidzijde, met een einde aan het erfgoed van de erfgenamen van Jan Janssen Wonders zuidoostwaarts en met het andere einde aan het erfgoed van het convent van Coudewater met als verplichting een erfcijns van 9 gulden aan Lysken Loeckemans in Den Bosch, welke voor 150 gulden afgekocht kan worden.

1633 april 28

1. Wij, Huybert Daniël Boedts ende Jan Sanders, schepenen in Roosmaelen, tuygen,
2. dat voor ons gestaen ende gecompareert sijn: Jan, soone Reynder Jansen, verweckt bij Meriken
3. Geerliricx silne huysvrou, voor een vijffste part; Reynder, soone Wouter Anthonissen voor een gelijcke
4. vijffde part, ende mede hem fort ende sterck maeckende voor Janne sijnen broeder voor een gelijcke
5. vijffde part; Jan Claessen als wittich man ende momboir van Mechtelt sijnder huysvrou, ende
6. Jacop Mattheusen als wittich man ende momboir van Thonisken sijne tegenwoordige huysvrou,
7. allen wittige kinderen van den voors. Wouter Anthonissen, verweckt bij wijlen Meriken Geerlincx,
8. in hunnen tweeden houwelijck oock voor eenygel een vijffde part tesamen ende elck int besonder,
9. in een stuck acker ofte tuelants, groot omtrent een maldertael lants ofte ombegre-
10. pen soo groot ende cleyn denselven met sijnen gronden ende toebehoorter gelegen is onder de prochie
11. van Roosmaelen, ter plaetse genoemt Aen de Buykerstraet, geheeten den Gieter, tussen
12. erffve Gerit van de Wiel noordtwaerts met meer andere aen d'een sijde, ende die gemeyne
13. strate suyd-westwaerts d'ander sijde, streckende metten eenen eynde op erffve der erff-
14. genaemen Jan Janssen Wonders suydtoostwaerts, ende metten anderen synde op erffve des convents
15. van Coudewater scherp uuyt geersgewijs. Die voors. vercooperen van hunne ouders aengecommen
16. als sij verclaerden) hebben sij wettelijcken ende erffelijcken vercocht opgedraghen ende overgegeven
17. Aerden, soone Dierk Henricksen,tsamen metten alingen rechten, die de voorscr. vercooperen in
18. brieven, documenten ende munimenten daervan mentie maeckende ennichsints sijn competerende,
19. om van denselve den voorscr. acker tuelants ten erffeljcke rechten te hebben ende te besitten
20. Ende hebben helmelinghe daerop vertegen tot behoeff des coopers voorscr. inne manieren in desen
21. gewoonljck sijnde, geloevende die voorgenoempde vercooperen ende opdrageren als
22. schuldenaren principael, onder verbintenisse van hunne persoonen ende allen hunne
23. goederen, nu hebbende ende noch naemaels vercrijgende, dit voorscr. vercoopen, opdragen,
24. overgeven ende vertijen altijt voor goet, vast, stedich ende van werden te houden sonder enich tegen-
25. seggen, ende dat sij de voorscr. cooper ende sijne naecommelinghen elck voor sijn vijffde part ende portie
26. in de voorscr. acker tuelants altijt sullen de schuldige ende gerechte warantschappe, alle
27. commer, calangiën ende aentaele daerinne wesende en commende affdoen geheelijcken,
28. uuytgenomen, dat de voorscr. cooper daeruuyt jaerlijcx sall gelden ende betaelen eenen chijns van
29. negen gulden aen Lysken Loeckemans binnen 's-Hartogenbossche, staende denselven chijns te
30. lossen mette somme van een hondert vijfftich gulden capitaels nae vermellen der beschede
31. daervan sijnde, ende voorts noch te onderhouden schauwen, commeren binnen slants ende ge....
32. rechten, ende van ontkennen van rechtswegen, wesende alles sonder argelist. Gegeven onder de
33. segel ons gemeyn schependomps van Roosmaelen opten achtentwintichsten dach
34. der maendt Aprilis anno sestienhondert drie ende dartich.

1634 mei 2

Henrick van Casteren en Cornelis vander Merendonck, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Mariken, dochter van wijlen Coenrart Janssen vanden Dungen en weduwe van Anthonij Rutgerssen van Boxmeer, aan Lenard Peeterssen van Lothum, bakker, overgedragen heeft een huis, erf, plaats en stal met hun rechten en afhankelijke goederen in de Hinthamerstraet aan de Pynappelsche poirte, gewoonlijk genoemd De Sonne, tussen het huis en erf van Jan Janssen van Engelant aan een zijde en het huis en erf van Roloff Jacobs aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf die straat tot aan het huis Sint Andries, welk huis en erfgoed Anthonij van Dirick Dirickssen van Vladeracken gekocht had, met als lasten:

1. een (niet gespecificeerde) grondcijns,
2. een erfcijns van 3 £ aan het convent van de Clarissen in Den Bosch,
3. de helft van het onderhoud van de goot die ligt tussen het overgedragen huis en het huis van Jan van Engelant.

1639 augustus 24

Adriaen Ploos van Amstel en Johan vanden Noort, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Jan, zoon van wijlen Aert Peeter, Diercx zoen, voogd van Adriaen, zijn broer, Jan Janssen van Heeswyck en Roover Peeterssen, molenaar, voogden van Aert, zoon van Joost Peeters soen, Tybosch, beide kinderen van Engelken, dochter van Peeter, Geeraerts zoen, van Nulant aan Peeter, zoon van Aert Peeter, Diercx zoen, en aan Engelken overgedragen hebben een derde deel, waarvan beide minderjarigen ieder de helft bezaten, in een huis, erf, hof en achterhuis Int Sevengesterte op het Hinthamereijnde tussen het huis en erf van Goossen Goossens aan een zijde en het huis en erf van Jacob Spil aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de straat tot aan het gemeenschappelijke water, met als verplichtingen:

1. een derde gedeelte van de grondcijns, groot 15 stuivers,
2. een cijns van 18 gulden en 15 stuivers aan Hendricxken Cornelissen.

1639 november 23

52. De Staten van Brabant verkochte 25-10-1564 aan Willem, van der Lijnden een losrente onder voorbehoud, dat broeder Dirk van Dieden en diens zuster Hilleken hun rechten behielden; deze rente was bij erfenis toegedeeld aan Ghijsbrecht Ruys, kanunnik van de Bossche Sint Jan, alsook aan zijn zusters, allen kinderen van Geerling Ruys, secretaris van den Bosch. Ze wordt nu getransporteerd op Thomas van Hijnsberch ten bate van het arme-mannen-gasthuis, dat eertijds gesticht werd door Jacob 'uytter Oisterewijck' en zijn echtgenote Mechtelt.

1641 januari 9

Jonker Jacob de Cock, oud-Raad van den Bosch, gemachtigd door Juffr. Margriet Maes, weduwe van Frans de Laet, erfgename van Juffr. Maes Jansdochter, draagt over aan Mr. Hendrick van den Broeck en Mr. Arnout van Broeckhoven als proosten der O.L.V. broederschap in de Bossche St.Jan, een jaarrente welke gaat uit een akker 'in den poel', een beemd 'in de Roosdonck' en uit de 'Weybeempt' in Nuenen.

1642 april 11

David vanden Bosch en Rutger Tullekens, schepenen in Hertogenbossche, oorkonden dat Huijbert Peeters van Heze, "vette waeriercremer" aan Aelke, dochter van wijlen Jacob Adriaens van Vechel, heeft verkocht een erfcijns van 24 carolusgulden, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op Pasen 1643, uit een huis, erf, plaats, hof met de afhankelijke rechten in de Hinthamerstraet tussen het huis en erf van Huijbert, Jooris soen, Verheijden, geheten In Ravensteijn, marktwaarts aan een zijde en tussen het huis en het erf van het convent van de fraters binnen deze stad aan de andere zijde en een einde en met het andere einde aan de openbare weg, welk erfgoed is belast met een erfcijns van 10 gulden en een ½ stuiver in verscheidene kleine cijnzen aan (niet nader gespecificeerde) personen.

1642 december 10

1. Kennelyck zy eenen ijegelycken dat alzoo Vrouwe Maria Sedlinihki, huysvrouwe,
2. van heer Arnoudt van Campen, ridder, hadde, verclaert aff gedaen te hebben tarrest dwelck Sy
3. uut crachte van huere alimentatie hadde gedaen op seeker huys ende erve binnen dese staet ...
4. inden Borenmouw tusschen de huysinge vanden heer de Leeuw ende het groot huys vanden
5. heere van Campen voirseyde ende te renuntieren ... proceduere ende sententie die daer op mochte gevolcht
6. syn, hebbende de selve huysinge ende erve ... de voornoempde
7. constituante overgegeven aen Nicolaes de Moy ende bekent daer van voor soo veel haer was
8. aengaende voldaen ... te syn Gelyck in seecker acte ... voor Willem
9. van Cuylenberch als ... notaris ...
10. Soo is gestaen voor schepenen
11. ondergeschreven die voirschreven Nicolaes inden naeme als actie hebbende vande voornoempde
12. Vrouwe Maria Sidlnitsky ende heeft by dyer qualiteyt op de voirnoemde hysinge ende erffve
13. tot behoeft van Guiliam Donckers notaris ende clercq vande secretarye deser stadt geruntieert ...
16. Getuygen waeren hier over schepenen
17. inne Shertogenbosche Adriaen Ploos van Amstel ende Johan Pelgrum. 10
18. december 1642

1646 februari 3

32. Acte houdende een schuldbekentenis van 1000 carolus guldens van Jaspar Strick voor Dionijs Henricx Vughts t.b.v. het huis 'de Maght van Tricht', 20 januari 1646. In dorso voldaan op 7 februari 1645

1 charter

1653 februari 13

33. Acte van overdracht door de erfgenamen van Henrick Aerts IJsvogels en zijn vrouw Jenneke Jacobs van Empel van een 'cleyn huijske' gelegen in de Hinthamerstraat achter 'het Morinneke' en naast het huis van weduwe Geertruyd Sperrewits, aan Theodora Sperrewits, 13 februari 1653

1 charter

1653 oktober 11

18. Acte van overdracht door de voogden van de onmondige kinderen van wijlen Guiliaume van Kessel aan Alard van Vechel, 11 october 1653

1 charter

1655 augustus 26

Steven Vermeer en Jacob Focanus, schepenen in 's Hertogenbossche, oorkonden dat Jan Claessen van Lieshout, cuiper, als wettige man van Geertruyt Rugers, eerder weduwe van Huijbert Peeters van Heese, en Geertruijt, aan Laureijns van Kessel, stadssecretaris, ten gunste van Geerartke, dochter van wijlen Lievis Symon vander Putten, verkocht hebben een erfcijns van 13 carolusgulden, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op 26 augustus 1656, uit een huis, erf, onbebouwde ruimte en hof, gewoonlijk genoemd, Inden Baers, in de Hinthamerstraet over de Geerlingsbrug tussen het huis en erf genoemd In Ravesteyn, toebehorend aan Gerart Jacobs van os aan een zijde en tussen het huis en erf van Johan Gans, Heer in Bommenede en raad van deze stad, aan de andere zijde en met een einde en met het andere einde aan de straat, met als lasten:

1. een cijns van 6 £ aan heer Pieter Schuijl, als rentmeester van de geestelijke goederen,
2. een erfcijns van 24 gulden aan Aelken van Vechel.

De verkoop heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat zij deze cijns mogen terugkopen tegen een bedrag van 250 carolusgulden, de cijns van het jaar van terugkoop en de eventuele achterstallige bedragen, op voorwaarde dat zij deze terugkoop een half jaar tevoren aankondigen.

1655 augustus 26

1. Jan Claessen van Lieshout Cuijper als wittich man ... van Geertruyt
2. (Bogaers ?) te voorens weduwe ... Huijbert Peeters van Heese ende deselve Geertruijt metten voornoemde Jan Claessen ...
3. door crachte van testamente
4. ... Huijbert Peeters gemaeckt ende voor Henrick Wheijndhoven als oopenbaer notaris ...
5. gepasseert, wesende van den date den 24-sten junij anno 1645
6. hebben wittelick ... vercoft Laureijns van Kessel, secretaris
7. deser stadt tot behoeff van Geerartken, dochter wijlen Lievens Symons vander Putten eenen jaerlicken ende erflicken chijns van 13
8. carolus gulden ...
9. ende voorden iersten termijn ... op 26 aug.
10. 1656 ...
12. uijt huijs ende erve ledige
13. plaetse ende hoff gemeijnlijck genoempt Inden Baers ... inde Hinthamerstraet over
14. de Geerlincxe Brugge tussen huys ende erve genoempt In Ravesteyn, toebehoirende Geerart Jacobs (van ? Os) aen d'een zyde,
15. ende tussen huys ende erve van d'heer Johan Gans, heer in Bommenede, ende raet deser stadt aen d'ander sijde, ende mitten eenen eijnde, streckende
16. mitten anderen eynde aen de gemeijn straete, vande selve Geerartken mit erffrecht te hebben ...
21. aff sullen doen geheelicken, uytgenomen eenen erffelicken
22. chijns van 6 ponden aen d'heer Pieter Schuijl als rentmeester van de geestelijke goederen, ende alnoch
23. eenen erffelicken chijns van 24 gulden aen Aelken van Vechel ...
26. met conditien inne desen toegedaen, dat dij voorseyde vercoopers den voornoemde chijns sullen moegen lossen ...
27. t'effens ende ten eenemaele met de somme van 250 carolusgulden ...
28. ende metten lopende jaerchyns ende
29. achterstellen ... Behoudelick dat men denvoorseyde
30. losch ... een halff jaer te vorens ... vercondighen ... Getuijghen
31. waren hier over schepenen inne 's Hertogenbossche ? Jacob Ser ? Gegeven 26
32. aug. 1655.

1662 oktober 30

1. Philips van Straetem, ingeseten borger deser stadt, een vijffste gedeelte, allent
2. gedeelte, actie ende recht hem competerende in een huysken, gestaen binnen deser stadt bij de
3. Pijnappelsche Poort, ter plaetse genoempt dat Bossens, tussen erve Willem Claessen van
4. Bremen aen d'een zijde, erve Peeter Melissen aen d'andere zijde, streckende voer van de
5. gerneyne straet, achterwaerts tot aen de voors. Willem Claessen, welck door
6. vorgen. huysken de voorgen. Philips van Straetem midts doodt ende afflijvicheyt
7. van sijne ouders is aengecomen hij midts desen wettelijck ende erffelijck
8. Piet Melissen van toewijsenste gedeelten daerinne
9. van te vorens sijn competerende Peeter Melissen coopere
10. geheelijcken te besitten
11. coopere opgedraeghen
12. Gelovende dese vors. als schuldenaer principael op verbant van
13. sijn persoon ende allen sijnen goeden present ende toecomende, dat hij de voorn. coepere van
14. 't gene voorgen. is altijt schuldich sal doen warantschappe, ende dat hij
15. allen commer, calangie ende is wesende ofte comende de voorn.
16. coepere altijt doen geheelijcken. Getuyghen waeren hierover schepenen in SHerto-
17. genbossche, Nicolaes de ende Johannes. Gegeven de dertichsten dach
18. der maent octobris int jaer ons Heeren duysent sessehondert ende tweentsestich.

S. R.

1669 juli 24

Francois Bruinincx en Jacob Swaert van Siborgh, schepenen in 's Hertogenbossche, oorkonden dat Geertruijdt, dochter van Jan Zierneel voor een helft en Jan en Beatrix, kinderen van Mathijs, zoon van Jan Zierneel, voor de andere helft hebben overgedragen aan Henrick van Susteren een huis en hof met al zijn rechten op de plaats achter de Boerenmou naast het erf van het Orthen clooster aan een zijde en het water dat daar stroomt en het erfgoed van Juffrouw Costerins aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de Ortestraete tot aan het erf van de Eerwaarde Broederschap uit deze stad, welk erfgoed zij door de dood van hun ouders geërfd hebben. Op dit huis en erf rusten de volgende verplichtingen:

1. grondcijns van omstreeks 4 stuivers en 2 penningen,
2. een cijns van 15 gulden aan het kapittel in Den Bosch en hiervan 3 jaar achterstallige cijns,
3. verponding van 2 jaren.

1670 februari 3

0. ... waarbij Geertruyd Croes verklaart aan Alegonda van Nieumegen een jaarlijkse cijns van 50 gulden uit het huis de Waterpot schuldig te zijn, 3 februari 1670. In dorso afgelost op 17 februari 1776

1 charter

1670 februari 3

20. Acte van overdracht door Alegonda van Nieumegen, weduwe van Alard van Vechel, met consent van Jan Hermans van Wolfsbergen aan Geertruyd Croes, 3 februari 1670.

1 charter

1670 februari 25

34. Acte van overdracht door Jan Gielis Perwits en Henrick van Liebergen van een achterhuis en 2 kamertjes achter het huis 'de roode Engel' gelegen in de Hinthamerstraat, aan Wouter Pappers, 25 februari 1670.

1 charter

1670 november 4

35. Acte van overdracht door Maria van Sussteren en erfgenaam van een huis in de Kerkstraat, gelegen tussen het huis 'de Waterpot' en het huis van Enna Scheffers, aan Wouter Pappers, 4 november 1670.

1 charter

1670 november 25

36. Acte waarbij bepaald wordt dat Wouter Pappers een jaarlijkse cijns van 35 gulden moet betalen uit een achterhuis met 2 kamertjes achter het huis 'de roode Engel', gelegen in de Hinthamerstraat, 25 november 1670.

1 charter

1671 februari 6

29. Acte van overdracht door Alegonda van Nieumegen van een cijns van 50 gulden uit het huis de Waterpot aan Huybert Kuijsten, 6 februari 1671. Afgelost op 17 februari 1776?.

1 charter

1673 september 30

38. Acte van overdracht door Elisabeth van Grevenraeth, weduwe van Jan van Geldrop, van enkele kamers in een achterhuis, gelegen recht tegenover de Putstraat naast het huis de 'Drie Pessers', aan Guillam van Campen, 30 september 1673.

1 charter

1681 januari 31

Johan F. Balbian en Gijsbert van Hamel, schepenen in Shertogenbossche, oorkonden dat Claes, zoon van Ivans Claesse, voor de een helft en Ide Jansse, als man van Geertruijd, dochters van wijlen Frans Claessen en van wijlen Aeltie Fransse aan Sr. Herman van Cuijck, inwoner en burger van Den Bosch hebben opgedragen hun huis met stal en plaats, zo breed als de stal is, 11 voet lang en 11 voet breed bij de Pynappelschepoorte in de Sint-Andriesstraet, gewoonlijk genoemd Sint-Andries, welk huis en erfgoed Frans Claessen had verkregen van Augustijn (Woe ?) op 7 juni 1651 en de opdragers bij de dood van hun ouders geërfd hadden.

1695 oktober 12

24. Acte van overdracht door Geertruyd Croes en haar erfgenaam aan Jacob Huygermans, 12 october 1695.

1 charter

1775 april 25

27. Acte van overdracht door Willem van der Horst, als gemachtigde van Petrus Nagelmakers, aan de Roomse Gemeente die in dit pand gevestigd is, 25 april 1775.

1 charter