|
Gilde-altaar der drapeniers. Hij draagt het naar hem genoemd kruis. | 335 |
J. Mosmans, De St Janskerk te 's Hertogenbosch ('s Hertogenbosch 1931) 335
|
41. Andries. Drapeniers. | 373 |
De Sint Janskathedraal 's-Hertogenbosch (1985) 373
|
Vierde altaar van acht-altaren bij de eerste kolommenrij in het schip der kerk langs de Paradeplaats, boven beginnende. Het altaar van Andreas, van een kerkelijk benificie voorzien, behoorde aan het gild der (drapeniers) wollenwevers. | 196 |
L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom |
11. Aan de vierde kolom van denzelfden beuk onderhielden de drapeniers het St. Andries- of Andreasaltaar. Hoewel dit altaar blijkens het door archivaris Hezenmans in 1866 in het kerkarchief gevonden lijstje van altaren reeds in 1427 op dezelfde plaats stond en denkelijk door een of meer drapeniers bij afzonderlijk beneficie werd geërigeerd, zal het pas omstreeks 1502, wanneer de drapeniers zich tot een ambachtscorporatie vereenigen, gilde-altaar zijn geworden.1 | 244 |
| Noten | |
| 1. | Zie blz. 48. |
De ambachtsgilden van 's-Hertogenbosch vóór 1629 (1946) 244
J.H. van Heurn, Beschrijving der Stad 's-Hertogenbosch (2022) 132