Algemeen

In het Oud-Rechterlijk Archief van 's-Hertogenbosch (archiefnummer 14) zitten zich veel transportakten over de periode 1650-1821. Gegevens uit deze akten zijn ingevoerd in een database die in de studiezaal te raadplegen is: 'huizenregister'. Deze database gaat over de periode 1650-1670 en circa 1695-1832. De basis is het Bosch' Protocol waarin alle transportakten van onroerend goed in stad en vrijdom van 's-Hertogenbosch zijn afgeschreven en de registers van de 60e penning. Deze 60e penning was een door de stad geheven overdrachtsbelasting op alle onroerende goederen. Deze belasting is tot 1809 geheven. In de database staat niet alles: raadpleeg daarom de originele akte. Het Bosch Protocol is digitaal beschikbaar. De staten van de zestigste penning moeten uit het depot worden aangevraagd. (archiefnummer 1, inventarisnummers 2512-2617) Alleen transportakten betreffende onroerende goederen binnen de muren van de stad zijn opgenomen; akten waarin een rente of hypotheek wordt gevestigd of waarin een persoon afstand doet van zijn of haar recht van vruchtgebruik ('afgaan van de tocht') zijn niet opgenomen. De omschrijving van de aard van het object en de persoonsnamen zijn gestandaardiseerd; de namen van de straten zijn vertaald naar de thans geldende straatnamen. Houdt rekening met het volgende: vroeger telde 's-Hertogenbosch veel meer doorlopende steegjes dan nu. Deze heetten veelal "Achter..." gevolgd door de naam van het huis aan de hoofdstraat waar de steeg begon. De ingang tot het slop was veelal een poort. Bij de benaming van de straten in het register is uitgegaan van de naamgeving in 1940. Sindsdien zijn er nog meer stegen verdwenen en is de benaming in onbruik geraakt. Wanneer u een persoon zoekt die in een steeg aan bijvoorbeeld de Vughterdijk woonde en u krijgt hem niet te pakken, dan kan het lonen om te zoeken op de naam Vughterdijk. In het veld BYZ1 staat dan aangegeven 'gelegen aan een straatje' of 'gelegen aan een gangetje'. De woningen in de stegen moeten, gezien de uiterst lage verkoopwaarde, zeer slecht zijn geweest. Het waren de legendarische krotten waarvan men aan het einde van de negentiende eeuw begon te eisen dat ze opgeruimd zouden worden. De Woningwet van 1901 maakte het mogelijk deze wantoestand aan te pakken. Het huizenregister laat zien dat deze krotten al in de zeventiende eeuw bestonden.

Beperkingen van de database: Vele huizen in 's-Hertogenbosch waren verhuurd; in de transportakten worden slechts zelden namen van huurders genoemd. Andere namen komen echter zeer vaak voor: dit zijn de "huisjesmelkers". Het is een register van transporten: aan een transport kon een verkoop, schenking of ruil voorafgaan. Wanneer onroerend goed overging op een andere eigenaar moest de akte voor de schepenen worden getransporteerd. Maar bij een erflating ging onroerend goed zonder tussenkomst van de overheid over in andere handen. Dit betekent dat bijvoorbeeld een huis wat gedurende lange tijd in handen van dezelfde familie is gebleven niet of zelden in het register voorkomt. Na 1811 ging de verplichting om transporten te laten vastleggen over naar de notarissen. Dit betekent dat vanaf 1811 de meeste transportakten in notariële archieven te vinden zijn.


Erfgoed 's-Hertogenbosch